Onze gemeente wil dat er breedband wordt aangelegd in een buitengebied. Het aanleggen van breedband in dit gebied is voor bedrijven, die infrastructuur voor breedband aanleggen, niet rendabel. Wij willen daarom deze taak aan een onderneming opleggen en deze aanmerken als een dienst van algemeen economisch belang (DAEB). Het opleggen van een DAEB is een manier om financiering staatssteunproof te maken. Is dat mogelijk?
Versie januari 2012
Antwoord
Ja, een gemeente kan een DAEB aanwijzen voor het aanleggen van breedband. Daarbij moet de gemeente wel rekening houden met de bestaande netwerken van een vergelijkbare architectuur. Als kan worden aangetoond dat particuliere investeerders niet in staat zijn binnen drie jaar alle gebruikers passende breedbanddekking aan te bieden, kan een DAEB worden overwogen.
Witte gebieden
Met dit voor ogen kunnen decentrale overheden de mogelijkheden onderzoeken om de DAEB aanpak in de zogenaamde witte gebieden te hanteren. Witte gebieden zijn gebieden waar helemaal geen breedband is. Ook uit de richtsnoeren en de besluitpraktijk van de Commissie kunnen voorwaarden worden afgeleid om toch staatssteun te geven voor breedbandprojecten in Nederland.
Publiek belang
Bij het opleggen van een DAEB moet er aantoonbaar sprake zijn van een dienst in het publiek belang. Goedkeuring heeft een grotere kans als de DAEB-compensatie voor de aanleg van breedband gericht is op een Europese doelstelling, zoals op het gebied van sociale cohesie en het tegengaan van een ‘digitale kloof’ tussen rurale en urbane gebieden.
Marktfalen
Ook moet de gemeente kunnen laten zien dat er een marktfalen is. De toegang tot breedbandnetwerken in landelijke gebieden waar enig effectief particulier initiatief uitblijft, zou als DAEB kunnen worden aangemerkt, omdat de markt niet kan voorzien in deze publieke dienst.
Altmark-criteria en Breedbandrichtsnoeren
Verder moet aan de criteria worden voldaan die zijn gesteld voor het opleggen van een DAEB in het Altmark-arrest. In de Breedbandrichtsnoeren geeft de Europese Commissie nadere aanwijzingen voor de toepassing van staatssteunregels op de subsidiering van breedbandprojecten. Uit de richtsnoeren wordt ook duidelijk aan welke voorwaarden een DAEB voor de uitrol van breedband moet voldoen.
Voorwaarden
Enkele belangrijke voorwaarden zijn:
-Er kan sprake zijn van een DAEB als er een passieve, neutrale en vrij toegankelijke infrastructuur tot stand wordt gebracht;
– Het netwerk moet de aanvragers alle mogelijke vormen van netwerktoegang aanbieden en werkelijke mededinging op detailhandelniveau mogelijk maken;
– De DAEB mag alleen betrekking hebben op de uitrol van een netwerk dat universele toegang biedt en op de gerelateerde groothandelsmarkt (wholesale), maar niet op die van detailhandel;
– Als een universeel netwerk wordt uitgerold in winstgevende en niet-winstgevende gebieden, dan moet de compensatie van de overheid beperkt blijven tot de onrendabele gebieden;
– Wanneer de eigenaar van de infrastructuur, waar de DAEB op van toepassing is, geen overheid is, moeten er controle- en terugbetalingmechanismen in het leven worden geroepen.
Marktfalenbenadering
In de besluitpraktijk over de aanleg van breedband heeft de Commissie de marktfalenbenadering nader ingevuld voor deze sector. Een van de weinige zaken die door de Commissie is afgekeurd onder de breedbandrichtsnoeren is de zaak Appingedam. Reden was dat er geen sprake was van het opleggen van een taak, noch van een aangetoond marktfalen. Marktpartijen KPN en Essent waren al bezig met de aanleg van de breedbandinfrastructuur.
Rurale gebieden
De Commissie heeft in een aantal zaken de aanleg van breedband in rurale gebieden wel als DAEB goedgekeurd. In de Franse Pyrénées-Atlantiques beschikking besluit de Commissie dat er geen sprake is van staatssteun. Net zoals bij de vergelijkbare beschikkingen Limousin en Hauts-de-Seine, ging het om gebieden met weinig dekking. De winnaar van de aanbesteding werd gekozen op basis van het laagst gevraagde steunbedrag. Het bedrag van de vergoeding werd bepaald op basis van vooraf vastgestelde en transparante criteria.
VWEU, Altmarkvoorwaarden, Vrijstellingsbeschikking DAEB en Richtsnoeren
In het besluit in de Etswin-zaak keurde de Commissie DAEB-compensatiesteun goed op basis van art. 106 lid 2 VWEU, de Altmarkvoorwaarden, de Vrijstellingsbeschikking DAEB en de Richtsnoeren breedband. Dit project moest het gehele land van breedbanddekking voorzien. Het marktfalen op de Estse markt is de voornaamste reden voor het goedkeuren van de DAEB compensatie.
Volgens de Commissie sluit het project verder aan bij een aantal belangrijke EU doelstellingen, namelijk sociale cohesie en het voorkomen van een digitale kloof. Tot slot zullen via een aanbestedingsprocedure meerdere ondernemingen actief op lokaal niveau belast worden met de openbare dienstverplichting.
Nieuwe breedbandrichtsnoeren in 2012
De Commissie komt in 2012 met herziene breedbandrichtsnoeren. Hiervoor is in 2011 een consultatie gehouden.
Meer informatie:
Staatssteun en breedband, Staatssteun
Ministerie van EZ
Handreiking ‘Goed opweg met Breedband’, 2010