Onze gemeente wil de financiering van schuldhulpverlening staatssteunproof in richten. Valt de financiering van schuldhulpverlening (als een sociale dienst van algemeen belang) onder de staatssteunregels voor diensten van algemeen economisch belang (DAB)?
Versie oktober 2011
Antwoord
Ja, als schuldhulpverlening door marktpartijen wordt aangeboden kan de financiering van schuldhulpverlening onder de staatssteunregels voor DAEB vallen. Er moet dan wel sprake zijn van een marktfalen.
Wettelijke taak
Als schuldhulpverlening gebaseerd is op een wettelijke taak, dan kan door middel van het vestigen van een overheidsprerogatief deze sociale dienst van algemeen belang buiten de marktwerking gehouden worden. De activiteiten gelden namelijk in dat geval als typische overheidstaken. Ook wanneer de schuldhulpverlening van zuiver sociale aard is, komen de interne marktregels niet aan bod.
Sociale DAB
Een speciale beleidscategorie DAB betreft de sociale diensten van algemeen belang (SDAB). SDAB, zoals schuldhulpverlening, ouderenzorg of arbeidsre-integratie, vormen juridisch gezien geen aparte categorie binnen de beleidsregels voor diensten van algemeen belang. Wel zorgt het karakter van SDAB ervoor dat deze diensten een bijzondere rol spelen ten aanzien van de sociaaleconomische doelstellingen van de EU. Deze diensten kunnen economisch van aard zijn, als er sprake is van marktwerking.
Economische activiteiten
Omdat sociale diensten onder steeds meer concurrerende omstandigheden worden aangeboden, stelt de Europese Commissie in haar beleidstukken over sociale DAEB uit 2006, 2010 en 2011 dat sociale diensten van algemeen belang, door de toename van concurrentie, in de meeste gevallen als economische activiteiten bestempeld kunnen worden. Het is namelijk niet vereist dat de dienst rechtstreeks door de begunstigde wordt betaald (HvJ Eg, 26 april 1988, C-32/85, Bond van Adverteerders).
Voorwaarden DAEB
Diensten zoals schuldhulpverlening zijn van niet economische aard als wordt voldaan aan een aantal voorwaarden:
– De organisatie die schuldhulpverlening uitvoert, moet handelen vanuit het solidariteitsbeginsel;
– Deze organisatie mag geen winstoogmerk hebben en moet bestaan uit vrijwilligers;
– Er moet een asymmetrische relatie bestaan tussen de dienstverlener en de begunstigde (het moet dus niet gaan om winstgevende activiteiten).
Onderneming
Echter, schuldhulpverlening wordt in Nederland ook uitgevoerd door instanties die niet aan deze vereisten voldoen en wel als onderneming gezien moeten worden. Zij bieden diensten op de markt aan. In de beleidsstukken over DAEB geeft de Commissie aan dat alle diensten op sociaal gebied als economische activiteiten in de zin van art. 49 en 56 VWEU gelden.
Wordt schuldhulpverlening wel in concurrentie aangeboden dan kan geen overheidsprerogatief gevestigd worden. Wel kan een onderneming belast worden met een DAEB. Interessant is dat de FNV in Notitie marktwerking Time-out! schuldhulpverlening omschrijft als een sociale dienst van algemeen economisch belang.
Publiek belang
Een DAEB kan door (decentrale) overheden gevestigd worden wanneer er sprake is van een duidelijk publiek belang dat niet toereikend door het mechanisme van marktwerking kan worden verwezenlijkt.
Altmark-arrest
Compensatiesteun voor het beheren van DAEB door ondernemingen is door het Hof van Justitie EU sinds het Altmark-arrest toegestaan en vormt geen staatssteun. Als decentrale overheden een DAEB inrichten is dit arrest van belang. Wanneer de publieke taak op het gebied van schuldhulpverlening vooraf duidelijk omschreven wordt door de gemeente en alleen de kostenposten die noodzakelijk zijn voor het verrichten van deze publieke taak gecompenseerd worden is er geen sprake van staatssteun. Hierbij moet overcompensatie voorkomen worden en moet de dienstenverrichter geselecteerd worden aan de hand van een aanbestedingsprocedure of benchmarking.
Altmarkvoorwaarden
Het Altmark-arrest kent vier voorwaarden waaronder steun voor DAEB geen staatssteun vormt:
– De begunstigde onderneming moet daadwerkelijk belast zijn met de uitvoering van openbare dienstverplichtingen en moeten die verplichtingen duidelijk omschreven zijn;
– De parameters op basis waarvan de compensatie wordt berekend, moeten vooraf op objectieve en doorzichtige wijze worden vastgesteld;
– De compensatie mag niet hoger zijn dan nodig is om de kosten van de uitvoering van de openbare dienstverplichtingen te dekken, rekening houdend met de opbrengsten en met een redelijke winst uit de uitvoering van die verplichtingen;
– Wanneer de keuze niet is gemaakt in het kader van een openbare aanbesteding, moet het bedrag van de compensatie worden vastgesteld aan de hand van de kosten die een gemiddelde, goed beheerde onderneming zou hebben gemaakt (rekening houdend met de opbrengsten en met een redelijke winst uit de uitoefening van haar verplichtingen).
Vrijstelling voor schuldhulpverlening
Als niet aan de laatste Altmark-voorwaarde wordt voldaan, biedt de DAEB-vrijstelling mogelijkheden om schuldhulpverlening in overeenstemming met de staatssteunregels te financieren. De vrijstellingsbeschikking DAEB van 2005 is van toepassing op compensaties voor DAEB die staatssteun vormen. Deze beschikking wordt begin 2012 vervangen door een nieuwe vrijstelling, onderdeel van het nieuwe DAEB-pakket.
De ontwerptekst voor het nieuwe DAEB-vrijstellingsbesluit ziet op dezelfde situatie toe. Daarnaast zondert het nieuwe vrijstellingsbesluit sociale DAEB op het gebied van zorg, kinderopvang, toegang tot de arbeidsmarkt en de zorg voor van sociaal kwetsbare groepen uit van de meldingsdrempel. Uit het DAEB handboek van 2010 volgt dat schuldhulpverlening ook onder deze uitzondering valt. DAEB die onder deze uitzonderingscategorieën vallen, mogen compensaties krijgen boven de nieuwe compensatiedrempel van € 15 miljoen per jaar.
Meer informatie:
Sociale DAB, Diensten van Algemeen Belang
DAEB en staatssteun, Diensten van Algemeen Belang
Handreiking DAEB en Staatssteun