Nieuws

Publicatie: 25 maart 2019

Door:


De Europese Commissie heeft een verordening gepubliceerd met daarin de criteria voor biobrandstoffen. Deze verordening vult de richtlijn ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen uit 2018 aan. Aan de hand van deze criteria kan worden vastgesteld welke biobrandstoffen wegens ongewenste effecten maar beperkt meegeteld kunnen worden voor het aandeel hernieuwbare energie in de totale energieconsumptie. De productie van biobrandstoffen is namelijk niet altijd even duurzaam als gevolg van indirecte verandering van landgebruik.

Indirect Land Use Change (ILUC)
Met de nieuwe criteria beoogt de Europese Commissie ongewenste effecten die kunnen optreden bij de productie van biobrandstoffen, te verminderen. Deze ongewenste effecten zijn vaak een gevolg van indirecte verandering in landgebruik (Indirect Land Use Change). Dit is bijvoorbeeld het geval bij ontbossing door verplaatsing van akkerbouw, omdat op de oorspronkelijke landbouwgrond palmolie of soja wordt verbouwd voor biobrandstoffen. Bij ontbossing komen koolstofvoorraden vrij in de atmosfeer.
Om deze effecten te beperken heeft de Commissie criteria opgesteld en maximale percentages opgenomen voor Indirect Land Use Change (ILUC):

  • De gemiddelde jaarlijkse uitbreiding van land waarop grondstoffen wordt verbouwd is groter dan 1% en bedraagt meer dan 100.000 hectare.
  • Deze uitbreiding vindt voor minimaal 10% plaats naar land met hoge koolstofvoorraden.

Op basis van deze criteria kan worden bepaald welke grondstoffen een laag ILUC-risico met zich meedragen en volgens de richtlijn hernieuwbare energie kunnen worden vrijgesteld van een plafond. In de bijlage bij de verordening is een tabel opgenomen met daarin diverse grondstoffen voor biobrandstoffen. Palmolie is met een gemiddelde jaarlijkse uitbreiding van 4% en een uitbreiding van 45%  naar land met hoge koolstofvoorraden de enige grondstof die deze maximale percentages overschrijdt.
Richtlijn hernieuwbare energie
De vernieuwde richtlijn ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen (Richtlijn 2018/2001) is eind 2018 in werking getreden en bevat een verhoogd doel van 32% voor 2030 met betrekking tot het aandeel hernieuwbare energie in de totale energieconsumptie.
Verdere procedure
Het voorstel voor de gedelegeerde verordening is na goedkeuring door de Europese Commissie naar het Europees Parlement en de Raad gestuurd. Deze instellingen hebben een periode van twee maanden om eventueel bezwaar te maken. Indien geen bezwaar wordt gemaakt volgt publicatie in het Publicatieblad van de Europese Unie waarna de verordening in werking zal treden.

Bron:

The Commission specifies the criteria to ensure that biofuels used in the transport sector are sustainable in the context of the recast Renewable Energy Directive, persbericht Europese Commissie

Meer info:

Richtlijn hernieuwbare energie, Milieuverkenner, Kenniscentrum Europa Decentraal
Clean Energy Package, Milieuverkenner, Kenniscentrum Europa Decentraal