Laura Weemering – Europa decentraal https://europadecentraal.nl Europees recht in duidelijke taal! Thu, 23 Mar 2023 13:05:14 +0000 nl-NL hourly 1 https://wordpress.org/?v=6.5.5 https://europadecentraal.nl/wp-content/uploads/2022/05/cropped-Logo-KED-tp-32x32.png Laura Weemering – Europa decentraal https://europadecentraal.nl 32 32 Europese Rekenkamer: Vervuiler betaalt principe moet worden versterkt https://europadecentraal.nl/europese-rekenkamer-vervuiler-betaalt-principe-moet-worden-versterkt/ Mon, 06 Sep 2021 16:16:43 +0000 https://europadecentraal.nl/?p=70870 Het milieubeginsel ‘de vervuiler betaalt’ moet sterker geïntegreerd worden in Europese milieuwetgeving. Dat adviseert de Europese Rekenkamer in een speciaal verslag over de toepassing van dit principe in het milieubeleid van de EU. Zo zijn in sommige lidstaten partijen uit de industrie niet aansprakelijk wanneer toegestane emissies milieuschade veroorzaken. Er zijn daarom vaak publieke middelen nodig voor milieuherstel.

Het principe ‘de Vervuiler betaalt’

Bedrijven die vervuiling veroorzaken zijn verplicht te betalen voor het opruimen van de schade. Dit beginsel heet ook wel het ‘de vervuiler betaalt’ principe. Vervuilers dragen dus de herstelkosten die overheden moeten nemen. Het is een van de centrale beginselen van het milieubeleid van de Europese Unie, naast principes als het voorzorgs- en het preventiebeginsel. Milieuschade moet allereerst zoveel mogelijk voorkomen worden. Waar dat niet kan moet schade worden hersteld; als daarvoor kosten moeten worden gemaakt dan moet de vervuiler daarvan in principe de rekening gepresenteerd krijgen. Dat laatste gebeurt niet consistent volgens de Europese Rekenkamer.

Conclusies Europese Rekenkamer

De vervuiler bepaalt en Europese (milieu)wetgeving

De Europese Rekenkamer concludeert dat het beginsel ‘de vervuiler betaalt’ onvoldoende geïntegreerd is in Europese wetgeving. Het principe wordt bijvoorbeeld niet volledig toegepast in alle sectoren van de economie die impact hebben op het milieu. Zo is de Europese wetgever bij het vormgeven van vervoer-, visserij- en landbouwbeleid niet zonder meer gebonden aan dit beginsel.

Het principe wordt niet consistent toegepast in alle EU-milieuwetgeving. Een voorbeeld is de Richtlijn Industriële Emissies (Richtlijn 2010/75, ook wel de RIE-richtlijn). Niet alle lidstaten stellen grote vervuilende installaties aansprakelijk voor milieuschade die het gevolg is van emissies die op basis van hun vergunning is toegestaan, ook wanneer  aan de betreffende installatie geen fout of nalatigheid kan worden toegerekend. Ook is de RIE-richtlijn, niet van toepassing op kleinere installaties die uitstoot genereren.

Ook in het afvalbeleid wordt het principe dat de vervuiler dient te betalen voor de belasting van milieu die hij veroorzaakt, niet volledig toegepast. Er worden maar in beperkte mate milieukosten doorberekend aan de consument. Hierdoor zijn er overheidsbijdragen nodig om bepaalde doelstellingen voor recycling van materialen te behalen. Het beginsel van uitgebreide producentenverantwoordelijkheid geldt daarnaast slechts voor bepaalde afvalstromen zoals elektronisch afval, batterijen en accu’s. Op basis van daarvan zijn producenten verantwoordelijk voor het beheer van hun product, ook wanneer dat product afval is geworden. In de prijs van producten moet dan ook rekening gehouden worden met de kosten van afvalbeheer

Verder hoeft de landbouwsector vaak nog niet te betalen voor afvalwaterzuivering, omdat het gebruikte water niet in de riolering terecht komt maar vaak rechtstreeks in het milieu. De werking van het beginsel ‘de vervuiler betaalt’ wordt in 2024 wel uitgebreid naar andere afvalstromen, zoals verpakkingsafval, kunststofafval voor eenmalig gebruik en vistuig.

Wat is aanmerkelijke milieuschade?

De Richtlijn Milieuaansprakelijkheid (2004/35; MAR) bevat volgens de Rekenkamer ook tekortkomingen, met name op het gebied van definities en kernbegrippen. De Richtlijn is van toepassing wanneer milieuschade als “aanmerkelijk” wordt beschouwd. Zij  specificeert echter geen criteria voor het beoordelen van de schade en bevat  geen materialiteitsdrempel voor milieuschade. Zo regelt de MAR voor wat betreft bodemschade alleen de risico’s van bodemvervuiling voor de menselijke gezondheid, maar niet naar risico’s op bredere milieuschade.

Zekerheidsstelling door bedrijven niet op orde

Verder wijst de Europese Rekenkamer erop dat lidstaten niet verplicht zijn om financiële zekerheidsstelling te eisen van bedrijven. Het verhalen van kosten op de vervuiler is soms ingewikkeld. Soms is de veroorzaker van de vervuiling niet individueel aan te wijzen of is het betreffende bedrijf failliet. In dat geval draait de overheid op voor de herstel- en saneringskosten. Financiële zekerheidsstelling is daarom belangrijk om ervoor te zorgen dat de kosten op de verantwoordelijke vervuiler verhaald kunnen worden. De Rekenkamer wijst erop dat er in Nederland geen verplichting tot zekerheidsstelling is. Dit is in Nederland namelijk alleen voor een beperkt aantal activiteiten verplicht. Een voorgestelde wijziging van het Omgevingsbesluit schrijft voor dat deze financiële zekerheidsstelling zal gaan gelden voor alle bedrijven die onder het Besluit risico’s zware ongevallen vallen.

Hoge saneringskosten overheden

Door de gebreken in de toepassing van het principe dat ‘de vervuiler betaalt’, vormt milieuschade een aanzienlijke kostenpost voor de overheid. Daardoor wordt overheidsgeld, soms ook EU-fondsen, gebruikt om saneringsacties te financieren, die eigenlijk door vervuilers hadden moeten worden betaald. Dit is bijvoorbeeld het geval als verantwoordelijke autoriteiten verzuimen milieuwetgeving tijdig te handhaven en bij gebrek aan financiële zekerheidsstelling.

Advies Rekenkamer

De Europese Rekenkamer adviseert daarom een betere toepassing van het beginsel dat de vervuiler betaalt in nationale en Europese milieuwetgeving. De Rekenkamer wijst er bijvoorbeeld op om emissiegrenswaarden verder te verlagen, zodat restverontreiniging wordt teruggedrongen. Ook adviseert zij om de MAR te verbeteren door criteria voor milieuschade aan te scherpen en om meer gebruik te maken van instrumenten die financiële zekerheid bieden voor het opruimen van milieuschade.

Decentrale overheden en ‘de vervuiler betaalt’

Provincies en gemeenten zijn nauw betrokken bij de handhaving van het principe ‘de vervuiler betaalt’.

Colleges van gedeputeerde staten zijn  bijvoorbeeld verantwoordelijk voor vergunningverlening toezicht en handhaving met betrekking tot  bedrijven die met chemische stoffen werken. Zo moeten bedrijven die onder de SEVESO-richtlijn vallen (zogenoemde BRZO-bedrijven) in Nederland een omgevingsvergunning aanvragen bij provinciale omgevingsdiensten

Bron

Speciaal verslag 12/2021: Het beginsel “de vervuiler betaalt”: inconsistente toepassing in de milieubeleidslijnen en -acties van de EU, Europese Rekenkamer

Milieu beschermen en vervuiler betaalt: financiële zekerheid uitgebreid, Rijksoverheid

Meer informatie

Richtlijn Industriële Emissies (RIE); Kenniscentrum Europa Decentraal

Europees Afvalbeleid; Kenniscentrum Europa Decentraal

Europees Waterbeleid; Kenniscentrum Europa Decentraal

]]>
Denk mee over de toekomst van Europa https://europadecentraal.nl/kijk-op-europa/ Mon, 06 Sep 2021 10:51:12 +0000 https://europadecentraal.nl/?p=70881 Burgers kunnen hun nu mening geven over de toekomst van Europa. Maak uw inwoners of netwerk attent op de mogelijkheid om hun ideeën over de toekomst van Europa te delen tijdens de burgerdialoog ‘Kijk op Europa’. Dat is een initiatief van het ministerie van Buitenlandse zaken en maakt deel uit van de Europese Conferentie over de toekomst van Europa. De ideeën van Nederland én alle andere EU-landen worden gebruikt om toekomstplannen voor Europa te maken. Dit is dus dé kans voor burgers om hun visie op Europese integratie te geven. Een bijdrage leveren kan makkelijk en snel via #SwipenNaarDeToekomst, het invullen van een online vragenlijst of het voeren van livegesprekken met andere Nederlanders tijdens diverse themadialogen. Reageren kan tot 14 november 2021. Lees er meer over op Kijk op Europa.

]]>
Europese Klimaatwet aangenomen: Europa legt klimaatdoelstellingen 2030 & 2050 vast https://europadecentraal.nl/europese-klimaatwet-aangenomen-europa-legt-klimaatdoelstellingen-2030-2050-vast/ Thu, 08 Jul 2021 11:41:04 +0000 https://europadecentraal.nl/?p=69568 In 2050 is de Europese Unie als geheel klimaatneutraal. Dat staat in de Europese Klimaatwet die op 28 juni 2021 door de Europese Raad is aangenomen. Met dit akkoord worden de klimaatdoelstellingen voor de komende 30 jaar in Europese wetgeving verankerd. Om de broeikasgasemissie tot in 2050 tot nul terug te brengen zal de Europese Unie in 2030 55% minder CO2 moeten uitstoten ten opzichte van 1990. Na 2050 moet de Europese Commissie streven naar negatieve emissie.

Politieke strijd

De klimaatwet vormt de kern van de Europese Green Deal. De Green deal moet van Europa het eerste klimaatneutrale continent maken. Door de klimaatdoelstellingen in wet- en regelgeving vast te leggen geeft de Klimaatwet richting aan het Europese klimaatbeleid voor de komende 30 jaar. Hierdoor wordt de klimaatwet ook wel de Wet der Wetten genoemd.

De wet werd dan ook niet zonder slag of stoot goedgekeurd. Nadat de Commissie het voorstel op 4 maart 2020 had gepresenteerd werd er met name over de emissie-doelstellingen gedebatteerd. Zo wilde het Europees Parlement dat de uitstoot in 2030 met 60% zou worden verminderd. Ook de voorgestelde grondslagen voor gedelegeerde handelingen kregen flinke kritiek.

Uiteindelijk werd er op 21 april 2021 een politiek akkoord bereikt met het Europees Parlement. De Raad keurde vervolgens de klimaatwet op 28 juni 2021 goed. De uiteindelijke wet verschilt op een aantal punten van het voorstel: de CO2-doelstellingen zijn aangescherpt. Daarnaast introduceert de Klimaatwet sectorspecifieke routekaarten en een adviesraad voor klimaatverandering.

Doelstellingen

2030: 55 % reductie in 2030, maar netto 52.8 %

De doelstelling voor reductie van emissies voor het jaar 2030 is vastgelegd op ten minste 55% ten opzichte van het niveau van 1990. In het voorstel wilde de Commissie de al bestaande doelstelling voor reductie van broeikasgassen, van 40% in 2030 ten opzichte van 1990, niet direct verhogen. In plaats daarvan zou eerst beoordeeld worden of het bestaande beleid consistent was met de doelstellingen van klimaatneutraliteit. Het Europees Parlement wilde deze doelstelling echter wel direct ophogen naar 60%. Ook Nederland was voorstander van het bijstellen van de doelstelling voor 2030, maar stelde maximaal 55% voor. 

Koolstofputten
De doelstelling pakt voor 2030 is netto lager uit dan 55%. De doelstelling houdt namelijk rekening met zogenaamde koolstofputten (“carbon sinks”): natuurlijke systemen zoals bossen en bodem nemen overtollige kooldioxide uit de atmosfeer op en slaan die op. Ze nemen dus meer CO2 op dan ze uitstoten, wat leidt tot koolstofverwijdering. De Commissie heeft in het Actieplan voor de circulaire economie aangekondigd een kader voor koolstofboekhouding te ontwikkelen. Dit moet de circulariteit en verwijdering van koolstof stimuleren. In de klimaatwet is een maximum voor koolstofverwijdering vastgelegd: land- en bosbouw mogen voor maximaal 2.2% worden meegenomen in de CO2-berekeningen voor 2030. De netto-reductiedoestelling voor 2030 komt hiermee neer op 52.8% ten opzichte van 1990.

2040: nader te bepalen

In de huidige klimaatwet is er nog geen doelstelling voor 2040 vastgelegd. De Commissie zal hiervoor uiterlijk zes maanden na de eerste evaluatie van de effectiviteit en inspanningen van het Klimaatakkoord van Parijs een voorstel doen. Deze evaluatie staat voor 2023 gepland.

2050 doelstelling: van nul naar negatief

In 2050 moet de uitstoot van de Europese Unie naar nul. Dit zou betekenen dat de Europese Unie in 2050 klimaatneutraal is. Daarna moet Europa naar negatieve emissies streven. De doelstelling voor 2050 blijft een collectief doelwit. Er zijn dus geen individuele doelstellingen gesteld. Hierdoor kunnen lidstaten elkaar compenseren en koolstofoverschotten en tekorten onderling uitwisselen.

Andere acties

Klimaatadaptie

De klimaatwet gaat ook in op klimaatadaptatie en voorziet verdere regulering van nationale strategieën voor  klimaatadaptatie. Lidstaten moeten nationale strategieën voor aanpassing vaststellen en uitvoeren. Informatie hierover moet om de twee jaar met de Commissie gedeeld worden, op basis van Verordening 2018/1999. Meer over klimaatmonitoring leest u op onze onderwerppagina Klimaat Governance en Monitoring.

De klimaatwet stelt verder dat de Commissie een strategie voor klimaatadaptatie en richtsnoeren met gemeenschappelijke beginselen voor klimaatrisico’s zal vaststellen.

Sectorspecifieke routekaarten

De klimaatwet introduceert vrijwillige sectorspecifieke routekaarten om de economie meer te betrekken bij het behalen van klimaatneutraliteit. Deze routekaarten beschrijven hoe verschillende economische sectoren zoals energie, industrie, transport, verwarming en koeling, gebouwen, landbouw en afval kunnen bijdragen aan klimaatneutraliteit. De Commissie zal in gesprek gaan met de verschillende belanghebbenden om deze routekaarten op te stellen en te monitoren.

Adviesraad klimaatverandering

Daarnaast richt de Klimaatwet een nieuw orgaan op: de Wetenschappelijke Adviesraad inzake klimaatverandering. Deze raad zal de Europese Unie adviseren over de samenhang van bestaande en voorgestelde klimaatmaatregelen met internationale afspraken.

Gedelegeerde handelingen

De Klimaatwet bevat geen grondslagen voor gedelegeerde handelingen, hoewel deze wel in het voorstel stonden. Gedelegeerde handelingen geven de Europese Commissie de mogelijkheid om een bestaande EU-verordening of richtlijn in het leven te roepen, aan te passen of aan te vullen zonder dat het volledige wetgevingsproces hoeft te worden doorlopen. De Commissie zou op die manier aanvullende reductiedoelen voor de periode tussen 2030 en 2050 kunnen vaststellen. De gedelegeerde handelingen werden hevig bekritiseerd en zijn dan ook uit de wettekst verdwenen. Om de reductievoorstellen voor 2040 vast te leggen moet de Commissie een nieuw voorstel uitbrengen, dat de gebruikelijke procedure dient te volgen. In onze Praktijkvraag vindt u meer informatie over gedelegeerde handelingen.

Invulling Klimaatwet

De komende maand zal de Commissie verdere invulling geven aan de Europese klimaatwet en de Green Deal via het klimaatpakket genaamd ‘Fit for 55’. Het huidige energie- en milieubeleid gaat namelijk nog niet ver genoeg om de doelstellingen voor 2030 en de 2050 te halen. Het beleid zal dus grondig worden herzien. De voorstellen voor ‘Fit for 55’ worden op 14 juli 2021 gepresenteerd.

Bron

MEER INFORMATIE

Wat houdt het Europese beleid voor klimaatadaptatie in? Kenniscentrum Europa Decentraal

]]>
Europese Commissie presenteert ‘Zero Pollution Actieplan’: de weg naar een gezonde planeet voor iedereen https://europadecentraal.nl/europese-commissie-presenteert-zero-pollution-actieplan-de-weg-naar-een-gezonde-planeet-voor-iedereen/ Tue, 25 May 2021 18:29:35 +0000 https://europadecentraal.nl/?p=68604 In het kader van de Green Deal streeft de Europese Commissie ernaar om de verontreiniging van lucht, water en bodem in Europa verregaand terug te dringen. Om dit te bereiken heeft de Commissie op 12 mei het ‘Zero Pollution Actieplan’ gelanceerd. In dit bericht zetten we de belangrijkste maatregelen uiteen die deel uitmaken van dit actieplan.

Het Zero Pollution Actieplan

Door middel van de maatregelen uit het Zero Pollution Actieplan wil de Commissie de preventie van verontreiniging integreren in andere relevante EU-wetgeving. Het doel is om in 2050 lucht,- bodem- en waterverontreiniging te hebben teruggebracht tot een niveau dat niet schadelijk is voor mens en natuur. Hierbij staat het aanpakken van vervuiling aan de bron centraal. Om dit te bereiken zijn tussentijdse doelstellingen voor 2030 geformuleerd.

De doelstellingen voor 2030

  • Verbetering van de luchtkwaliteit moet zorgen voor 55% minder sterfgevallen als gevolg van luchtverontreiniging;
  • De waterkwaliteit moet worden verbeterd door te zorgen voor 50% minder afval op zee en 30% minder microplastic in het milieu;
  • De kwaliteit van de bodem moet worden verbeterd door het verlies van nutriënten te verminderen en het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen met 50% terug te dringen;
  • Chronische hinder door verkeerslawaai moet met 30% verminderd worden;
  • Luchtverontreiniging die een bedreiging voor de biodiversiteit vormt, moet met 25% worden teruggebracht;
  • In 2030 moet de afvalproductie aanzienlijk verminderd zijn; de hoeveelheid stedelijk afval moet met 50% worden teruggedrongen.

Maatregelen en projecten

In het actieplan worden verschillende maatregelen en projecten gelanceerd om lucht-, water-, en bodemverontreiniging tegen te gaan.

Verbetering van de luchtkwaliteit

Verschillende luchtkwaliteitsnormen van de EU zijn momenteel minder streng dan de aanbevolen normen van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). De luchtkwaliteitsnormen van de EU zullen strenger moeten worden; de Commissie zal hier in 2022 een wetsvoorstel over indienen. Bestaande regelgeving over monitoring, modellering en over luchtkwaliteitsplannen wordt daarbij aangescherpt en verduidelijkt om decentrale overheden te helpen bij toepassing en handhaving daarvan.

Verder wil de Commissie luchtverontreiniging bestrijden door strengere eisen in te voeren voor landbouw-, industrie- en vervoerssectoren. Ze gaat bijvoorbeeld na of verdere maatregelen nodig zijn om ammoniakemissies aan banden te leggen. Dit zal worden meegenomen in de herziening van de Richtlijn Industriële Emissies. Verder zal de Commissie zich inzetten voor de vermindering van luchtverontreiniging door gebouwen en voor het verbeteren van de luchtkwaliteit binnenshuis.

Daarnaast gaat de Commissie samen met de lidstaten zorgen voor een vervolg op de nationale programma’s ter bestrijding van luchtverontreiniging (National Air Pollution Control Programmes; NACP). Dit moet ervoor zorgen dat tegen 2030 de luchtverontreiniging in ecosystemen met 25% is gedaald, wat de biodiversiteit ten goede komt.

Verbetering van de waterkwaliteit

Ook wil de Commissie duurzaam en efficiënt waterverbruik bevorderen en waterverontreiniging ontmoedigen. Ze zet in op betere monitoring en zal sturen op betere implementatie van wetgeving. Verder wil de Commissie bepaalde soorten stoffen, met name poly- en perfluoralkylstoffen (PFAS), uitfaseren. PFAS mogen alleen nog maar worden gebruikt als het van essentieel belang is voor de samenleving, zo is beschreven in de Strategie voor Duurzame Chemische Stoffen. Daarnaast gaat de Commissie de Richtlijn Stedelijk Afvalwater en de Richtlijn Zuiveringsslib evalueren. Dit moet een meer circulaire landbouwsector ondersteunen, bijvoorbeeld door maatregelen om nutriënten uit afvalwater te verwijderen en behandeld slib klaar te maken voor hergebruik.

Verbetering van de bodemkwaliteit

De EU moet volgens de Commissie toewerken naar een systeem met regelmatige beoordeling van de status van de bodem en waarin bodemvervuiling verder aangepakt wordt. Op alle niveaus moeten maatregelen genomen worden om bodemverontreiniging en kwaliteitsverval van grond terug te dringen en om vervuilde ecosystemen te herstellen. Als onderdeel van de aankomende Europese Bodemstrategie zal de Commissie maatregelen opstellen voor het identificeren, onderzoeken, beoordelen en saneren van verontreinigde gebieden.

Verdere maatregelen voor nulvervuiling

De Richtlijn Industriële Emissies is het voornaamste instrument van de EU voor het reguleren van lucht-, water-, en bodemverontreinigende emissies. Om meer innovatie te stimuleren  en de uitstoot te verminderen herziet de Commissie deze richtlijn momenteel.

Chemische stoffen, materialen en producten moeten zo veilig en duurzaam mogelijk zijn, zowel bij het ontwerp als tijdens hun levenscyclus. Om verontreinigingsproblemen die daarbij spelen aan te pakken, zijn het nieuwe Actieplan voor een Circulaire Economie en de Strategie voor Duurzame Chemische Stoffen al goedgekeurd en zijn er ook andere initiatieven aangekondigd, zoals het Duurzaam Productbeleid Initiatief. Verder zal de Commissie nagaan hoe de herziening van de Richtlijn Energiebelasting er aan kan bijdragen dat gebruikers worden aangemoedigd om te kiezen voor minder vervuilende energiebronnen.

Daarnaast gaat de Commissie tegen 2024 een scorebord van groene prestaties van EU-regio’s in het leven roepen om de inspanningen van de regio’s voor het bereiken van de doelstellingen te meten. Ook gaat de Commissie een project starten met betrekking tot stedelijke actie om te komen tot nulvervuiling. Ze zal bijvoorbeeld nagaan wat de belangrijkste behoeften zijn op het gebied van stedelijke vergroening en innovaties om verontreiniging te voorkomen. De Commissie zal tegen 2024 de steden belonen die in de periode 2021-2023 de meeste vooruitgang hebben geboekt bij het terugdringen van lucht-, water-, en bodemverontreiniging.

Groene investeringen en digitale oplossingen

Het Meerjarig Financieel Kader 2021-2027 zal, tot slot, financiële ondersteuning bieden voor de vermindering en bestrijding van verontreiniging via onder andere het Cohesiebeleid en het Horizon Europa-programma. Een van de prioriteiten van Horizon Europa is de ondersteuning van gerichte onderzoeken en innovaties die relevant zijn om de gewenste nulvervuiling te bereiken. Zo moeten er meer digitale innovatiemogelijkheden ontstaan voor het verminderen van vervuiling. In 2021 gaat de Commissie als voornaamste project starten met Living Labs, gericht op digitale groene oplossingen en ‘slimme nulvervuiling’, met name om lokale initiatieven voor groene en digitale transitie ondersteunen.

Bronnen

European Green Deal: Commission aims for zero pollution in air, water and soil, Europese Commissie
EU Action Plan: ‘Towards Zero Pollution for Air, Water and Soil’, Europese Commissie

Meer informatie

Europese Green Deal: De weg naar klimaatneutraliteit, Kenniscentrum Europa Decentraal
Green Deal-webpagina, Kenniscentrum Europa Decentraal

]]>
Europa decentraal lanceert Green Deal-pagina https://europadecentraal.nl/europa-decentraal-lanceert-green-deal-pagina/ Mon, 29 Jun 2020 18:00:00 +0000 https://europadecentraal.nl/?p=63415 Kenniscentrum Europa decentraal presenteert een Green Deal-overzichtspagina. Op deze pagina kunt u in één oogopslag de stand van zaken, het laatste nieuws, verdiepende artikelen en dossiers rondom de Green Deal vinden.

Informatie over Green Deal

Eind 2019 presenteerde de Commissie-Von der Leyen de Green Deal: een veelomvattende strategie om de problemen in verband met klimaat en milieu aan te pakken. De plannen en initiatieven uit de Green Deal moeten ervoor zorgen dat Europa tegen 2050 klimaatneutraal is. De Commissie heeft de afgelopen tijd al een aantal van deze plannen gepresenteerd en zo krijgt de Green Deal steeds meer vorm. Zo zijn inmiddels het actieplan voor een circulaire economie, de Farm-2-Fork-strategie en de EU-biodiversiteitsstrategie voor 2030 gepresenteerd. 

Om de informatie rondom de Green Deal overzichtelijk te maken, heeft Europa decentraal alle publicaties, nieuwberichten, praktijkvragen en achtergrondartikelen gebundeld op een Green Deal-pagina. Daarnaast is ook de informatie over klimaat en milieu grotendeels herzien. Voor elk onderdeel wordt duidelijk de relevantie voor decentrale overheden aangegeven en wat de huidige stand van zaken is. 

Bekijk de Green Deal-pagina

 

Debat Green Deal in Tweede Kamer 

De Green Deal zal een grote impact hebben op Nederland, en daarmee ook op decentrale overheden. In februari verscheen het standpunt van het kabinet. Donderdag 25 juni debatteerde de Tweede Kamer over de Green Deal. Hieruit bleek dat het kabinet de Green Deal op kosteneffectieve wijze steunt. Niet alle Kamerleden waren het eens met de conclusies die waren getrokken in dit BNC-fiche. Zo werden er vraagtekens gezet bij de toepassing van het subsidiariteitsbeginsel. Vooral de voorgestelde bevoegdheden van de Commissie in de Klimaatwet vonden veel Kamerleden te ver gaan. Over deze Klimaatwet en de daarbij voorgestelde bevoegdheden voor de Commissie kunt u meer lezen in ons nieuwsbericht.

European Emission Trading System

Ook passeerden een flink aantal milieu- en klimaatonderwerpen de revue. Zo werd er veel gesproken over het European Emission Trading System (ETS). Het Emission Trading System is een handelssysteem in emissierechten. Het systeem stelt een maximum aan de totale hoeveelheid geoorloofde uitstoot van broeikasgassen en verplicht bedrijven een vergunning te hebben voor broeikassen die ze uitstoten.

Op dit moment valt ongeveer 45% van de totale broeikasgasemissies in de EU onder het ETS. Voor andere sectoren kunnen nationale emissiedoelstellingen zijn vastgesteld.  De kamer sprak over de mogelijke uitbreiding van het ETS naar andere sectoren, zoals gebouwen, scheepvaart en luchtvaart. Ook werd de vraag gesteld of het mogelijk zou zijn om emissierechten uit de handel te nemen. Meer hierover vind u op onze pagina CO2-reductie & emissiehandelssysteem.

 

Energietransitie en radioactief afval

Schone en groene energie was ook een veelbesproken thema. Zo werd er ook aandacht besteed aan kernenergie en kernafval. De Richtlijn Radioactief afval (Richtlijn voor een verantwoord en veilig beheer van verbruikte splijtstof en radioactief afval; 2011/70/Euratom) stelt dat lidstaten een nationaal programma voor het beheer van radioactief afval dienen op te stellen waarin zowel het huidige als toekomstige beheer van radioactief afval te worden beschreven. In het Nederlandse beleid is beschreven dat tot 2130 het radioactieve afval bovengronds wordt opgeslagen. Op onze pagina radioactief afval vind u meer informatie over dit onderwerp.

Onderwerp: Radioactief Afval

Waterstof

Onderdeel van het thema schone en groene energie was ook het onderwerp waterstof. De Tweede Kamer zag grote kansen voor Nederland op het gebied van (de ontwikkeling van) waterstof, met name voor Noord-Nederland. De Europese Commissie heeft aangekondigd op woensdag 8 juli een waterstofstrategie te presenteren. Houdt onze nieuwbrief en de Green Deal-pagina in de gaten voor meer informatie. 

Bron

Plenair verslag Donderdag 25 juni 2020, Europese Green Deal, Tweede Kamer

]]>
Akkoord over groene investeringscriteria https://europadecentraal.nl/akkoord-over-groene-investeringscriteria/ Mon, 29 Jun 2020 11:08:36 +0000 https://europadecentraal.nl/?p=63422 Het Europees Parlement en de Raad zijn akkoord met de groene taxonomieverordening. Deze verordening stelt criteria vast die duidelijk moeten maken welke activiteiten als ‘groen’ of ‘duurzaam’ mogen worden aangemerkt. Dit moet zogenoemde ‘greenwashing’ voorkomen en groene investeringen stimuleren. De verordening is van toepassing op financiële producten, zoals beleggingen.

Wat is greenwashing?
Met greenwashing wordt een praktijk bedoeld waarbij een oneerlijk concurrentievoordeel wordt verkregen door een financieel product als milieuvriendelijk in de markt te zetten, terwijl het in feite niet aan elementaire milieunormen voldoet

De verordening maakt gebruik van zes milieudoelstellingen. Een economische activiteit kan als ecologisch duurzaam worden aangemerkt wanneer deze bijdraagt aan een van deze doelstellingen zonder de andere doelstellingen aanzienlijk te schaden. De doelstellingen zijn:

  • de mitigatie van klimaatverandering;
  • de adaptatie aan klimaatverandering;
  • het duurzaam gebruik en de bescherming van water en mariene hulpbronnen;
  • de transitie naar een circulaire economie;
  • de preventie en bestrijding van verontreiniging;
  • de bescherming en het herstel van de biodiversiteit en ecosystemen.

In de verordening worden deze milieudoelstellingen nader toelicht. De taxonomie zal verder worden uitgewerkt in technische screeningscriteria. Dit gebeurt aan de hand van gedelegeerde handelingen. De technische screeningscriteria moeten de genoemde beginselen uit de verordening aanvullen en bepalen welke economische activiteiten bij welke milieudoelstelling in aanmerking komen. Zo zullen de criteria voor klimaatmitigatie en klimaatadaptatie eind dit jaar worden bepaald. De overige vier milieudoelstellingen zullen eind 2021 worden bepaald.

Voor het uitwerken van de technische screeningscriteria richt de Commissie een Platform voor duurzame financiering op. Het platform adviseert de Commissie over de screeningscriteria en de noodzaak om criteria te actualiseren. Deskundigen uit de private en de publieke sector kunnen zich voor dit platform tot 16 juli 2020 kandidaat stellen.

Deze verordening is een belangrijke Europese stap voor duurzame investeringen aangezien het de eerste classificatie van ecologische duurzame activiteiten ter wereld is.

Bron:

Duurzame financiering: Commissie ingenomen met goedkeuring taxonomieverordening door Europees Parlement, Europese Commissie
Verordening betreffende de totstandbrenging van een kader ter bevordering van duurzame beleggingen en tot wijziging van Verordening (EU) 2019/2088, Europees Parlement en de Raad
Disclosures relating to sustainable investments and sustainability risks, Europees Parlement

]]>
Labels ‘composteerbaar’ en ‘biologisch afbreekbaar’ risico voor verwarring https://europadecentraal.nl/labels-composteerbaar-en-biologisch-afbreekbaar-risico-voor-verwarring/ Mon, 29 Jun 2020 10:53:20 +0000 https://europadecentraal.nl/?p=63419 Kunststoffen in bioafval worden een steeds groter probleem. Dat meldt het rapport ‘Bio-waste in Europe’ van de Europese Milieuagentschap. De huidige labels ‘composteerbaar’ en ‘biologisch afbreekbaar’ voor plastic consumentenproducten kunnen voor consumenten verwarrend werken. Plastic in bioafval bemoeilijkt de behandeling en verwerking. Hierdoor kunnen de kosten voor de behandeling van bioafval oplopen. Het rapport roept daarom om duidelijke en consistente regels voor etikettering van composteerbare en biologisch afbreekbare kunststoffen.

Labels

De labels ‘composteerbaar’ en ‘biologisch afbreekbaar’ zijn op steeds meer consumentenproducten te vinden, zoals op plastic zakken, verpakkingen en wegwerpborden. De afbraak van deze kunststoffen is echter afhankelijk van de behandelingsmethode. ‘Composteerbaar’ verwijst in de meeste gevallen naar composteerbaarheid in gecontroleerde industriële composteerinstallaties, terwijl de term ‘biologisch afbreekbaar’ wordt gebruikt voor kunststoffen die onder bepaalde omstandigheden, zoals de aanwezigheid van vocht en zuurstof, ontbinden. Omdat de afbreekbaarheid van plastics met deze labels afhankelijk is van de aanwezige behandelingsinfrastructuur, is in sommige Europese landen het gebruik van deze plastics voor de inzameling van bioafval niet toegestaan.

Bioafval en de circulaire economie

Bioafval heeft een potentie om bij te dragen aan een circulaire economie. Bioafval kan bijvoorbeeld worden gebruikt als bron van hernieuwbare energie of als kunstmest en bodemverbeteraar. Om deze potentie te benutten moet bioafval van een goede kwaliteit zijn en dus zo min mogelijk vervuiling bevatten. Het scheiden van bioafval bij de bron is hiervoor een basisvoorwaarde. Het rapport concludeert echter dat een groot deel van het bioafval nog steeds bij het gemengde afval terecht komt. Dit gebeurt ook in landen met een gescheiden inzamelingssysteem.
Om de potentie van bioafval beter te benutten is er bij de herziening van de Kaderrichtlijn Afvalstoffen meer aandacht gekomen voor bioafval. De nieuwe KRA introduceert een verplichting tot het scheiden van bioafval. Uiterlijk 31 december 2023 moet bioafval apart worden ingezameld. Dit betekent dat het niet gemengd mag worden met andere soorten afval, met uitzondering van afval met vergelijkbare biologische afbreekbaarheid en composteerbaarheid.

Green Deal en bioplastics

In het actieplan voor de circulaire economie stelde de Commissie voor om het gebruik van bioplastics te bevorderen. In 2021 zal er een beleidskader voor bioplastic en biologisch afbreekbare en composteerbare kunststoffen worden gepubliceerd.

Voedselverspilling

Ook concludeert het rapport dat voedselverspilling goed is voor ongeveer 60% van het bioafval van huishoudens. In de recent gepubliceerde Farm-to-Fork-strategie wordt veel aandacht besteed aan het voorkomen van voedselafval. Het doel van de Commissie is om de voedselverspilling in de detailhandel en bij de consument tegen 2030 te halveren. Hiervoor zal ze juridisch bindende doelstellingen voorstellen om voedselverspilling te verminderen. Om dit te realiseren, zullen de EU-regels met betrekking tot datummarkering worden herzien.

Bron

Bio-waste in Europe – turning challenges into opportunities, European Environment Agency

Meer informatie

Verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad betreffende de impact van het gebruik van onder invloed van zuurstof afbreekbare kunststof, inclusief onder invloed van zuurstof afbreekbare plastic draagtassen, op het milieu, Europese Commissie
Afval, Kenniscentrum Europa Decentraal

]]>
Comité van de Regio’s richt werkgroep Green Deal Going Local op https://europadecentraal.nl/comite-van-de-regios-richt-werkgroep-green-deal-going-local-op/ Mon, 22 Jun 2020 14:25:03 +0000 https://europadecentraal.nl/?p=63319 Het Europees Comité van de Regio’s heeft een werkgroep ‘Green Deal Going Local’ opgericht. De werkgroep moet ervoor zorgen dat de Green Deal wordt vertaald in tastbare projecten en directe financiering voor regionale overheden. De werkgroep bestaat uit 13 lokale en regionale vertegenwoordigers, waaronder de Nederlandse Tjisse Stelpstra (ECR & lid van het college van gedeputeerde staten van de provincie Drenthe).

Doelstellingen werkgroep

Om ervoor te zorgen dat de Green Deal in steden en regio’s van de grond komt heeft de werkgroep drie specifieke doelstellingen:

  • De standpunten van steden en regio’s in het Comité van de Regio’s samenbrengen
  • De EU-instellingen helpen om steden en regio’s centraal te stellen bij het beleid omtrent koolstofneutraliteit
  • De uitdagingen van lokale en regionale overheden bij het lokaal implementeren van de groene transitie kenbaar maken en hun prestaties en best practices onder de aandacht brengen.

Prioriteitsdossiers

De huidige prioriteitsdossiers zijn onder ander:

  • de Europese Klimaatwet en het Klimaatpact
  • het Just Transition Fund
  • een nieuwe industriële strategie voor Europa
  • water
  • waterstof
  • het nieuwe actieplan voor de circulaire economie
  • biodiversiteit
  • de aankomende bossenstrategie

Bron:
The European Deal is Going Local, European Committee of the Regios

Meer informatie:

Green Deal, Kenniscentrum Europa Decentraal
 

]]>
Betere Europese regelgeving nodig om de circulaire economie in steden te ondersteunen https://europadecentraal.nl/betere-europese-regelgeving-nodig-om-de-circulaire-economie-in-steden-te-ondersteunen/ Mon, 08 Jun 2020 13:20:30 +0000 https://europadecentraal.nl/?p=62764 Hoe kan de Europese regelgeving worden verbeterd om de transitie naar een circulaire economie in steden beter te ondersteunen? Het Partnerschap voor de Circulaire Economie onderzocht de belemmeringen in regelgeving, financiering en kennis en ondernam vervolgens twaalf verschillende acties om deze belemmeringen te verminderen of weg te nemen. In de publicatie ‘Better regulation for a Circular Economy’ licht het partnerschap twee acties toe die op het gebied van betere regelgeving zijn genomen. Kenniscentrum Europa decentraal heeft het Partnerschap ten aanzien van deze betere regelgeving acties ondersteund en is nauw betrokken geweest bij de totstandkoming van de publicatie.

Knelpunten afvalwetgeving

Een van de acties die is ondernomen is een position paper over EU-afvalwetgeving. Het partnerschap onderzocht hoe de Europese afvalwetgeving kan worden verbeterd om de circulaire economie in steden te ondersteunen. Na het uitwisselen van standpunten en ervaringen werd een position paper over dit onderwerp opgesteld. Een van de aanbevelingen is om de waarde van grondstoffen in de wetgeving centraal te stellen naast de traditionele risicogerichte afvalbeheerbenadering. Om dit te bereiken moet het principe van circulariteit consequent in de wetgeving worden opgenomen. Dit betekent dus dat circulariteit centraal moet staan in de wetgeving betreffende de hele levenscyclus van producten: van productontwerp tot afvalbeheer. Verder beveelt het partnerschap aan om steden actief te betrekken bij de ontwikkeling en uitvoering van het toekomstige EU-wetgevingskader voor de circulaire economie.

Biobased producten en bio-economie

Ook is er een onderzoek gedaan naar de circulaire bio-economie in steden. Het partnerschap onderzocht in 2018 de knelpunten en drijfveren in de Europese regelgeving die de productie van op biogebaseerde producten uit stedelijk bioafval en afvalwater beïnvloeden. Op basis van dit onderzoek is eerder al een surveyreport gepubliceerd door het partnerschap. Uit de bevindingen van dit uitgebreide rapport zijn in de nieuwe publicatie een aantal terugkerende knelpunten in Europese wet- en regelgeving geïdentificeerd die worden toegelicht.
Deze knelpunten zijn in de drie thema’s samengevat:

  • Er is onvoldoende harmonisatie van normen en regels tussen lidstaten op het gebied van een circulaire bio-economie. Dit bemoeilijkt het op de markt brengen van op biobased producten uit stedelijk bioafval en afvalwaterslib. Vooral het gebrek aan een EU-brede einde-afvalcriteria is problematisch.
  • Het Europese wetgevingskader is niet altijd afgestemd op de huidige stand van de technologische ontwikkeling. Richtlijnen en verordeningen bevatten bijvoorbeeld verouderde technische vereisten en definities.
  • De Europese wetgeving is vrij restrictief om de gezondheid en milieu te beschermen. Hierdoor kunnen innovatieve producten en processen onnodig worden belemmerd.

Deze drie thema’s worden verder uitgewerkt in de publicatie.

Decentrale relevantie

De circulaire economie is een belangrijke doelstelling binnen de Europese Green Deal. Veel van de voorgestelde maatregelen zullen op lokaal niveau moeten worden uitgevoerd. Daarnaast spelen steden een rol bij de ontwikkeling van een circulaire economie bijvoorbeeld door middel van openbare aanbestedingen.
[su_box title=”Partnerschappen en de Urban Agenda” box_color=”#c8ced2″ title_color=”#ffffff”]Het Partnerschap voor een Circulaire Economie heeft als doel hergebruik, hernieuwing en recycling van bestaande materialen en producten te bevorderen. Het partnerschap is onderdeel van de Urban Agenda voor de EU. De Urban Agenda is er op gericht om de potentie van stedelijke gebieden beter te benutten. Binnen de Urban Agenda zijn er twaalf verschillende partnerschappen opgericht die zich richten op uiteenlopende thema’s zoals luchtkwaliteit, veiligheid en cultureel erfgoed.[/su_box]

Bron

‘Better regulation for a Circular Econom’, Urban Agenda Partnership on Circular Economy

Meer informatie

New report from the Partnership on regulatory obstacles and drivers for an urban bioeconomy, Urban Agenda Partnerschip on Circular Economy
 

]]>
Werkprogramma 2020 herzien: stand van zaken https://europadecentraal.nl/werkprogramma-2020-herzien-stand-van-zaken/ Tue, 02 Jun 2020 13:22:52 +0000 https://europadecentraal.nl/?p=62688 De Europese Commissie heeft het werkprogramma voor 2020 herzien. Door de uitbraak van COVID-19 en de gevolgen daarvan verschoven de prioriteiten van de Europese Commissie en liep de uitvoering van het werkprogramma vertraging op. Initiatieven die direct verband hielden met de coronacrisis en het economische herstel hadden prioriteit. In dit artikel worden de thema’s uit het werkprogramma belicht die voor decentrale overheden relevant zijn. Ook wordt er een kort overzicht van reeds gepubliceerde initiatieven gegeven.

Onvoorziene beslissingen en besluiten door coronacrisis

Sinds de crisis heeft de Commissie bijna 300 onvoorziene beslissingen en besluiten genomen. Deze week presenteerde de Commissie bijvoorbeeld een herstelplan van €750 miljoen euro om de Europese economieën overeind te houden. Initiatieven uit het werkprogramma die als essentieel worden gezien, bijvoorbeeld omdat ze een basis vormen voor economische initiatieven, zullen zoals oorspronkelijk gepland worden gepresenteerd. Andere initiatieven zullen worden verschoven.

[su_spoiler title=”Werkprogramma Europese Commissie 2020″ icon=”plus-circle” class=”.normalweight”]
Het werkprogramma van de Europese Commissie is gericht op de overgang naar een eerlijk, klimaatneutraal en digitaal Europa. De plannen en prioriteiten zijn ingedeeld aan de hand van de zes ambities van de Commissie:  Namelijk:

  • een Europese ‘Green Deal’;
  • een economie die werkt voor de mensen;
  • een Europa dat klaar is voor het digitale tijdperk;
  • het beschermen van de Europese levenswijze;
  • een sterk Europa in de wereld;
  • een nieuwe impuls voor de Europese democratie.

In de Europese ster van februari 2020 verschenen analyses van de onderwerpen die voor decentrale overheden van belang zijn, namelijk de Europese Green Deal, de Financiering van de Europese Green Deal, een Europa dat klaar is voor het digitale tijdperk – Interne Markt en een Europa dat klaar is voor het digitale tijdperk – Digitale markt.
[/su_spoiler]

Een Europese Green Deal

De Europese Commissie kondigde in haar originele werkprogramma aan dat de meeste initiatieven uit de Green Deal in 2020 gepubliceerd zouden worden. De presentatie van de Europese Green Deal ligt grotendeels op schema. Voor de coronacrisis werden al de Klimaatwet, het circulaire actieplan en het investeringsplan voor de Green Deal gepubliceerd. In mei werden naar enig uitstel alsnog de Biodiversiteitsstrategie en de Farm-to-Fork-strategie  gepresenteerd gezien hun cruciale rol in het herstel van de Europese economie.
In het nieuwe werkprogramma zullen enkele publicaties uitgesteld worden. Zo worden het Europese Klimaatpact en 8ste Milieuactieprogramma in het vierde kwartaal gepresenteerd. Ook zijn enkele publicaties verplaatst naar het eerste kwartaal van 2021, zoals de nieuwe Europese strategie voor klimaatadaptatie en de nieuwe Europese bossenstrategie.

InitiatiefOorspronkelijkGepland
Slimme sectorintegratieQ2Q2
Duurzaamheidsstrategie inzake chemische stoffen
 
Q3Q3
RenovatiegolfQ3Q3
8ste Milieu ActieprogrammaQ2Q4
Europees KlimaatpactQ3Q4
Vernieuwde strategie voor duurzame financiering
 
Q3Q4
Offshore Hernieuwbare EnergieQ4Q4
Strategie voor duurzame en slimme mobiliteit
 
Q4Q4
Nieuwe EU-bosstrategieQ4Q1 2021
Nieuwe KlimaatadaptatiestrategieQ4Q1 2021

 

Een Europa dat klaar is voor het digitale tijdperk: Digitaal & Interne markt

 
Ook bij deze prioriteit loopt de Commissie op schema aangezien de meeste initiatieven in het eerste kwartaal van dit jaar zijn gepubliceerd.

Digitale markt

In februari zijn de Europese Datastrategie en de whitepaper over AI gepresenteerd. De presentatie van de wetgevingsvoorstellen in het kader van de White Paper over AI is uitgesteld naar het eerste kwartaal van 2021.

Interne markt

In maart presenteerde de Europese Commissie de nieuwe industrie- en mkb-strategie voor een duurzaam en digitaal Europa.  Ook werden die maand het rapport en het actieplan over de barrières in de interne markt  gepubliceerd. De initiatieven in het kader van de Europese onderzoeksruimte zijn uitgesteld.
 

InitiatiefOorspronkelijkGepland
Whitepaper over een instrument voor buitenlandse subsidies
 
Q2Q2
Communicatie over de toekomst van Onderzoek en Innovatie in de Europese onderzoeksruimte
 
Q2Q3
Review NIS-richtlijn
 
Q4Q4
Digitale dienstenwetQ4Q4
Communicatie over de missies van Horizon EuropeQ4Q4
Follow Up White Paper AIQ4Q1 2021

Betere regelgeving

Alle REFIT-initiatieven die voor decentrale overheden relevant zijn, zullen zoals gepland aan het eind van dit jaar plaatsvinden. Dit betreft bijvoorbeeld de herziening van de TEN-E-richtlijn, en de evaluatie van de RoHs-richtlijn en de richtlijn duurzaam gebruik van pesticiden. De Commissie zal aan het einde van dit jaar de communicatie over betere regelgeving presenteren. Tevens wil de Commissie de feedbackmogelijkheden voor de initiatieven uit dit werkprogramma vergroten door de consultaties voor deze initiatieven zes weken langer open te stellen.

Fit for the Future-platform

Als opvolger van het REFIT-platform heeft de Commissie op 11 mei 2020 het Fit For the Future-platform gepresenteerd.

InitiatiefOorspronkelijkGepland
Wijziging van de algemene groepsvrijstellingsverordening met betrekking tot de EU-financieringsprogramma’s
 
Q3 2020Q3 2020
Communicatie betere regelgevingQ2Q4
Herziening TEN-E-verordening (1315/2013)
 
Q4 2020Q4 2020
Evaluatie RoHS-richtlijn (2011/65/EU)
 
Q4 2020Q4 2020
Herziening wetgeving inzake batterijen ter ondersteuning van het strategisch actieplan voor batterijen en de circulaire economie
 
Q4 2020 (oktober)Q4 2020
Herziening staatssteunregels op het gebied van de green dealQ4 2020Q4 2020
Evaluatie richtlijn inzake autowrakken20202020
Evaluatie RIE-richtlijn (2010/75/EU)
 
Q3 / Q4 20202020
Evaluatie richtlijn betreffende duurzaam gebruik van pesticiden (2009/128/EG)
 
20202020
Evaluatie wetgeving omtrent de autorisatie van gewasbeschermingsmiddelen en maximumgehalten van bestrijdingsmiddelenresiduen (Verordening 1107/2009 /EG en 396/2005/EG)
 
20202020
Fitness check van het moderniseringspakket voor de staatssteunregels, spoorwegrichtlijnen en kortlopende exportkredietverzekering20202020
Evaluatie mkb-definitie20202020
Verslag over de toepassing van de eIDAS-verordening)
 
20202020

Bron

2020 Commission Work Programme – key documents, Europese Commissie

Meer informatie

Waarom is het werkprogramma van de Europese commissie relevant voor decentrale overheden? Kenniscentrum Europa Decentraal
Europese Green Deal in werkprogramma 2020, Kenniscentrum Europa Decentraal
De Financiering van de Europese Green Deal, Kenniscentrum Europa Decentraal
Een Europa dat klaar is voor het digitale tijdperk – Digitale markt, Kenniscentrum Europa Decentraal
A Europe fit for the digital age – Interne Markt, Kenniscentrum Europa Decentraal
 

]]>