Nieuws

Publicatie: 4 april 2022

Door: , en


Alle websites en mobiele applicaties van overheidsinstanties moeten digitaal toegankelijk zijn. Dat betekent dat de diensten voor mensen met een handicap even goed te gebruiken moeten zijn als voor mensen zonder handicap. In Nederland heeft een kwart van de bevolking een handicap. Een hele klus voor decentrale overheden om dit te realiseren. Daarom adviseert een speciaal team binnen de gemeente Nijmegen de gemeente over onder andere digitale toegankelijkheid: Team Online. Kenniscentrum Europa decentraal sprak met Els Groffen en Marc van Kollenburg over het team en hun werkzaamheden voor digitale toegankelijkheid.

Wat is het verhaal achter Team Online?

Van Kollenburg begint: “Gemeenten moeten zich aan allerlei wetgeving houden, dus ook aan wetgeving omtrent digitale toegankelijkheid. Veel gemeenten hebben één centrale website. Dat is vaak de website van de gemeente waar je bijvoorbeeld allerlei burgerzaken kunt regelen. Daarnaast hebben ze websites die uit projecten zijn ontstaan, ook bekend als satellietwebsites. Dit is ook bij de gemeente Nijmegen het geval. Toen we de opdracht kregen om de websites te laten voldoen aan de toegankelijkheidsrichtlijnen, moesten we eerst uitvinden welke websites we hadden en wie daar verantwoordelijk voor was. Daarom zijn we een tijd terug een traject gestart om in kaart te brengen welke websites we allemaal hebben.”

En wat was de volgende stap?

“De volgende uitdaging was hoe een dergelijke opdracht moet worden aangepakt, aangezien er veel bij komt kijken. Er moet technisch werk gedaan worden, maar ook werkzaamheden omtrent communicatie of dienstverlening”, vertelt Van Kollenburg. “Het goed beheren van een website is simpelweg te complex geworden om dit zo versnipperd te doen. Vandaar dat we bijna een jaar geleden Team Online hebben opgericht. Dit team heeft de opdracht gekregen om de organisatie te begeleiden bij het verbeteren van al onze websites en daarnaast om het aantal websites te reduceren. Team Online heeft verder als opdracht om te helpen met het toegankelijk maken van alle websites, maar niet als eindverantwoordelijke. De rol van het team is adviserend op het gebied van toegankelijkheid. Verder bestaat het team inmiddels uit dertien mensen, hoewel die niet allemaal fulltime werken binnen het team. Zelf ben ik accountmanager. Daarnaast hebben we bijvoorbeeld een aantal contentmanagers, formulierenbouwers, communicatieadviseurs, webmasters en een accessibility specialist.”

Het goed beheren van een website is simpelweg te complex geworden om dit zo versnipperd te doen.”

Wat doet de accessibility specialist?

Groffen legt uit: “Die functie vervul ik binnen Team Online. Ik heb net het theoretische gedeelte van de opleiding afgerond om de 50 criteria van de toegankelijkheidseisen te kunnen doorgronden. Over zes tot negen maanden kan ik zelfstandig websites beoordelen op toegankelijkheid. Ik voer nu al zogenoemde ‘quickscans’ uit met behulp van automatische tools die beschikbaar zijn. Die halen er al veel dingen uit, maar een grondige check moet handmatig gebeuren. Een extern onderzoeksbureau is gemiddeld 16 uur tot een full time week bezig om alles goed te onderzoeken. Dit ligt uiteraard wel aan de grootte van een website.”

Heeft het gevolgen als een website niet toegankelijk genoeg is, behalve dat men het moet verbeteren?

Groffen vertelt: “Het gevolg is dat je geen A-status krijgt. Overheidsinstanties moeten kunnen aantonen hoe ver zij zijn in het toegankelijk maken van de websites waarvoor zij verantwoordelijk zijn. Daarnaast krijgen overheidsinstanties de volgende statussen; als je niets hebt gedaan aan de digitale toegankelijkheid, dan heb je ook geen toegankelijkheidsverklaring nodig en heb je de status E. Bij status D geef je aan dat de website nog niet voldoet aan de eisen, maar dat je ermee aan de slag gaat. Veelvoorkomende redenen hiervoor zijn gebrek aan tijd en geld. Indien je een onderzoek gepland hebt, krijgt de website status C. Als dit onderzoek is afgerond en er nog verbeterpunten zijn opgesteld, resulteert dit in status B. Het is dan wel de bedoeling dat je in de toegankelijkheidsverklaring aangeeft wanneer de resterende problemen opgelost zijn. De laatste stap is een heronderzoek, waar als het goed is status A uitkomt. Het is verplicht om de status, ongeacht welke de website heeft, te publiceren.”

Zitten er dan ook sancties op het niet naleven van de toegankelijkheidseisen? 

Groffen schudt haar hoofd: “Nee, nog niet. Je krijgt er ook geen boete voor; je loopt alleen het risico dat je slecht in de media komt.” Van Kollenburg vult aan: “Logius beoordeelt de toegankelijkheidsverklaringen die zijn gepubliceerd en gaat vervolgens na of alles volgens de evaluatiemethode en de regels is uitgevoerd. Zij doen één keer per jaar een steekproef en publiceren een landelijk rapport van websites die nog niet voldoen. En daar wil je niet tussen zitten. Gelukkig doen we het in Nijmegen redelijk goed, er is maar één satellietwebsite die ertussen staat.”

“Van toegankelijkheid weten we al heel lang dat het moet. Door drukte en geldgebrek is dat nog niet bij iedereen goed op het netvlies gekomen. Nu het verplicht is voor overheidsinstanties om een toegankelijkheidsverklaring te plaatsen, realiseert iedereen zich dat ze aan de slag moeten. Ik verwacht dat over vijf of tien jaar alle leveranciers inmiddels weten dat ze goed moeten letten op de bedienbaarheid van interactieve elementen”, aldus Groffen.

Wat voor doelen heeft Team Online gesteld?

“Bij de gemeente Nijmegen staat inclusie hoog in het vaandel, en de gemeente heeft ook veel satellietwebsites. Wij zijn al tevreden als de gemeente voor al deze websites kan aantonen dat het bezig is met digitale toegankelijkheid en dus een B of C status hebben. Voor de hoofdwebsite willen we natuurlijk graag de A-status”, reageert Groffen.

Stel, jullie hebben een website gecontroleerd die een D-status krijgt. Wat zegt dat dan precies?

“De status A tot en met E hebben betrekking op hoe je het project aanpakt, maar dat zegt niets over de toegankelijkheid zelf, behalve als de website een A-status heeft. Je hebt ook nog het drempelvrij icoontje dat je soms op websites ziet in de vorm van een poppetje. Daarin zijn drie gradaties, die laten zien hoe goed de website daadwerkelijk voldoet aan de toegankelijkheidseisen”, legt Van Kollenburg uit.

De websites van de gemeente Nijmegen hebben zo te zien best vaak een B-status. Dat zou betekenen dat jullie best goed bezig zijn toch?

Groffen vertelt: “Dat is niet per definitie het geval. B-status kan namelijk ook betekenen dat je maar aan één succescriterium voldoet en dat de rest nog verbeterd moet worden. Simpelweg betekent het dat je de toegankelijkheid goed op je netvlies hebt en dat je er mee bezig bent. Er zijn dan nog wel problemen die moeten worden opgelost. In de verklaring staat dan welke problemen dit zijn en wanneer je verwacht die opgelost te hebben.”

Van Kollenburg voegt hieraan toe: “Eigenlijk loopt de praktijk een aantal jaar achter, want volgens de wetgeving moet iedereen al lang op status A zitten, maar Logius is op dit moment nog aan het kijken of iedereen zijn websites überhaupt laat onderzoeken.”

Hoelang duurt het hele proces om een website toegankelijk te maken, dus van status E tot en met A? 

Groffen: “Dat is niet te zeggen, het ligt heel erg aan de soort problemen die opgelost moeten worden. Als het contrast op een ‘klik hier-knop’ bijvoorbeeld niet goed is, maak je die een andere kleur. Dat is dus heel eenvoudig op te lossen. Maar als je technisch moet inrichten dat je uitklapmenu’s goed werken, is dat een ander verhaal. Daar ben je veel langer mee bezig. Daarnaast ben je ook afhankelijk van de termijn waarop de leverancier de issues die zijn gekomen uit het toegankelijkheidsonderzoek kan oplossen. Het is wel belangrijk dat je dat soort dingen vermeldt in je verklaring, zodat je kan aantonen wat de planning is.”

Zijn jullie je hierbij ook bewust van de Europese regels op dit gebied?

“Wij kijken wel naar het Tijdelijk besluit digitale toegankelijkheid overheid, maar zijn verder niet echt bezig met de Europese Toegankelijkheidsrichtlijn”, geeft Groffen aan.

Er lijkt ook steeds meer aandacht voor digitale toegankelijkheid in andere takken. Toegankelijkheid is bijvoorbeeld steeds vaker een belangrijk criterium bij een aanbesteding. Merken jullie dit ook?

Groffen: “Dat klopt. Daarom is ons Team Online ook zo belangrijk; als wij vanaf het begin van een project al betrokken zijn bij het maken van de website, kunnen we daarmee helpen en goede adviezen geven.”

Van Kollenburg vult aan: “Het probleem is dat het technisch erg complex is om aan de toegankelijkheidseisen te voldoen. Toegankelijkheid staat eigenlijk al heel lang in de aanbestedingswijzer en de meeste leveranciers tekenen daarvoor. Zij beweren dat ze dat kunnen, maar bijna niemand maakt die belofte waar, omdat het zo complex is. Daar zitten geen sancties op, ook niet vanuit ons, ondanks dat de leverancier dit in de aanbesteding gezegd heeft. Maar we hebben nu een partner die wél heel goed is. Die doet het niet alleen omdat wij het van hem vragen, maar ook omdat hij er zelf achter staat. We hebben bedacht om een toegankelijke componentenbibliotheek te laten ontwikkelen voor onze huisstijl. Dit omvat alle elementen die je op de website kunt tegenkomen, bijvoorbeeld een knopje of een uitklapmenu. Die componenten kun je dan hergebruiken voor andere websites. Zo hoef je niet elke keer de leverancier het wiel opnieuw te laten uitvinden. Ook wordt onze huisstijl consequenter toegepast. Samen met een blinde man ben ik langsgegaan bij de leverancier van de componentenbibliotheek. Toen bleek dat de leverancier de toegankelijkheid van de componentenbibliotheek had onderschat. De ervaring van de blinde man heeft zoveel indruk op hen gemaakt, dat ze met het hele bedrijf een toegankelijkheidstraining zijn gaan doen.”

Groffen zegt: “Na corona gaan we zelf ook een testpanel opzetten. We willen dat het testpanel een mooie doorsnee is van onze samenleving. In het testpanel zitten dus niet alleen mensen die een beperking hebben.”

De ervaring van de blinde man heeft zoveel indruk op hen gemaakt, dat ze met het hele bedrijf een toegankelijkheidstraining zijn gaan doen.”

Jullie benoemden net al jullie eigen testpanel. Leeft het onderwerp ook bij burgers?  

Groffen knikt: “Heel soms. Laatst kregen we een opmerking van een man met een visuele beperking die een PDF-bestand niet kon lezen. Dat komt dan bij ons terecht en in dit geval konden we snel helpen door de een digitaal toegankelijke versie te sturen. Toevallig wilde deze man graag in ons testpanel om de website goed te doorlopen met zijn beperking. We proberen ons testpanel zo divers mogelijk te maken.”

Waar in het proces wordt het testpanel ingezet? 

“Het liefst willen we het testpanel inschakelen voordat de website live gaat. Dan kun je van tevoren nog dingen aanpassen. Door corona is het testpanel nog niet van de grond gekomen, omdat we live willen kunnen zien waar een blind persoon bijvoorbeeld moeite mee heeft. Maar de plannen voor het testpanel zijn er zeker”, aldus Groffen.

Hoe kunnen mensen op jullie website kiezen voor functionaliteiten op het gebied van toegankelijkheid?

Van Kollenburg vertelt: “We hebben een tijdje een voorleestool in de vorm van een luidsprekertje op onze website gehad, maar uit metingen bleek dat die bijna niet gebruikt werd. Daarom hebben we die er weer afgehaald. Mensen die behoefte hebben aan het voorlezen van een website hebben daar meestal zelf software voor. Daarnaast is de website zo ingericht dat deze ook bediend kan worden door mensen die geen muis gebruiken.”

“Andere functionaliteiten, zoals een vergrootglas, hebben mensen vaak ook zelf. Je kunt heel makkelijk vanuit de browser websites vergroten en het contrast veranderen. Mensen weten dat over het algemeen goed te vinden. We zorgen er voor dat de website te vergroten is, zonder dat er informatie verloren gaat. De mensen kunnen dan zelf beslissen of zij de website nog meer willen inzoomen. Ook de kleurstelling is in de basis in orde zodat deze over voldoende contrast beschikt”, vult Groffen aan.

Met dank aan

Els Groffen en Marc van Kollenburg, werkzaam bij Team Online van de gemeente Nijmegen

Meer informatie

Digitale Overheid, Kenniscentrum Europa Decentraal
Digitale toegankelijkheid, Kenniscentrum Europa Decentraal
Digitoegankelijk.nl, Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Richtlijn 2016/212, Publicatieblad van de Europese Unie
Tijdelijk besluit digitale toegankelijkheid overheid, Overheid.nl