HvJ-EU, 8 mei 2014. Zaak C-15/13. In deze zaak gaat het Hof in op in-house opdrachten. Een onderdeel van een overheidsdienst mag zonder aanbesteding geen opdracht gunnen aan een ander onderdeel waarover het geen toezicht oefent. Alleen als de overheidsdienst over beide onderdelen een ‘toezicht zoals op de eigen diensten’ uitoefent, zou sprake kunnen zijn van een horizontale in-houseopdracht.
Feiten
De Technische Universiteit Hamburg (TU) heeft, na vergelijking van twee IT systemen, een opdracht voor de aankoop van een IT systeem gegund aan software bedrijf HIS. Deze gunning vond rechtstreeks plaats zonder aanbestedingsprocedure. Zowel HIS als de TU staan onder toezicht van de stad Hamburg en voeren het grootste deel van hun activiteiten uit in opdracht van die publieke lichaam. Datenlotsen Informationsysteme GmbH, een concurrent van HIS, komt tegen deze rechtstreekse gunning in beroep.
Prejudiciële vraag
In deze zaak staat centraal of een overeenkomst tot levering van een product tussen een Universiteit, waarop wat haar aankopen betreft toezicht wordt uitgeoefend door een Duitse deelstaat, en een privaatrechtelijke onderneming die voor een deel ook in het bezit is van die deelstaat, een aanbestedingsplichtige overheidsopdracht is.
Hof
In-housegunningen vormen een erkende uitzondering op de aanbestedingsregels, zodat een overheidsorgaan zijn taken van algemeen belang kan vervullen met zijn eigen middelen, zonder beroep te hoeven doen op externe lichamen. Onder deze uitzondering kan ook de situatie vallen waarin de medecontractant juridisch van de aanbestedende dienst te onderscheiden is, zolang deze aanbestedende dienst op de opdrachtnemer toezicht uitoefent zoals op zijn eigen diensten en het merendeel van zijn werkzaamheden verricht ten behoeve van de aanbestedende dienst of diensten die haar beheersen. In zulke gevallen kan worden geoordeeld dat de aanbestedende dienst zijn eigen middelen gebruikt.
Geen toezicht
Deze uitzondering is op de overeenkomst tussen de TU en HIS niet van toepassing. Het Hof stelt namelijk vast dat geen toezicht verhouding bestaat tussen de universiteit en HIS. De TU neemt immers niet deel in het kapitaal van HIS en heeft geen wettelijke vertegenwoordiger in de bestuursorganen ervan. Ook merkt het Hof op dat de stad Hamburg op de universiteit geen ‘toezicht zoals op de eigen diensten’ kan uitoefenen. Het door de stad Hamburg uitgeoefende toezicht op de TU heeft namelijk alleen betrekking op een deel van de werkzaamheden van de universiteit. Het gaat alleen om aankopen. In een dergelijke situatie kan niet erkend worden dat sprake is van een ’toezicht zoals op de eigen diensten’.
Geen in-house gunning
In deze omstandigheden hoeft volgens het Hof niet onderzocht te worden of de uitzondering inzake inhouse-gunningen kan gelden voor zogeheten horizontale in-houseopdrachten. Dit betreft de situatie waarin dezelfde aanbestedende dienst of diensten een toezicht zoals op de eigen diensten uitoefent of uitoefenen op twee onderscheiden marktdeelnemers waarvan de ene een opdracht gunt aan de ander.
Algemeen belang
Tenslotte concludeert het Hof dat de tussen de TU en HIS tot stand gebrachte samenwerking niet uitgezonderd is van de aanbestedingsprocedures uit de richtlijn, omdat deze er niet toe strekt om een gezamenlijke taak van algemeen belang in de zin van de rechtspraak uit te voeren.