Nieuws

Publicatie: 9 oktober 2023

Door: en


De EU wil het gebruik van alternatieve brandstoffen stimuleren en daarmee de CO₂-uitstoot van het wegvervoer op korte termijn sterk verminderen. Dat vereist echter wel nieuwe voorzieningen, want aan een benzinepomp kan een auto op biobrandstof niet tanken. Daarom wordt op 12 oktober 2023 de EU-verordening voor alternatieve brandstoffen van kracht. Deze verordening versnelt de aanleg van oplaad- en tankplaatsen voor voertuigen die worden aangedreven door alternatieve brandstoffen, zoals elektriciteit, waterstof en biobrandstof.

De AFIR-Verordening

Verordening (EU) 2023/1804 is gepubliceerd op 22 september 2023 en staat beter bekend als de AFIR-Verordening (Alternative Fuels Infrastructure Regulation). Deze verordening maakt deel uit van het “Fit for 55-pakket” van de Europese Commissie, dat als doel heeft om de CO₂-uitstoot met 55 procent te verminderen per 2030. De AFIR-Verordening bevat bindende streefcijfers per lidstaat die moeten worden behaald om een EU-brede infrastructuur voor alternatieve brandstoffen te realiseren voor wegvoertuigen, treinen, vaartuigen en stilstaande vliegtuigen. De verordening zet ook een rapportagemechanisme op om de monitoring van de voortgang te waarborgen.

Belangrijkste mijlpalen per 2025 en 2030

De AFIR-Verordening stelt een aantal concrete doelen die de lidstaten per 2025 of 2030 moeten behalen om de uitstoot van CO₂ die het wegverkeer teweeg brengt, te reduceren. De belangrijkste daarvan zijn:

  • Op de belangrijkste assen van het TEN-T wegennetwerk moeten vanaf 2025 om de 60 kilometer snelle elektrische laadpunten zijn van minstens 150 kW voor auto’s en bestelwagens.
  • Vanaf 2025 moeten elektrische laadpunten voor vrachtauto’s worden aangelegd, met een minimum­vermogen van 350 kW. Deze moeten zowel om de 60 kilometer langs het TEN-T kernnet komen te liggen als om de 100 kilometer op het uitgebreide TEN-T netwerk. In 2030 moet het gehele wegennetwerk zijn gedekt.
  • Vanaf 2030 moeten er waterstoftankstations voor zowel auto’s als vrachtwagens in alle stedelijke knooppunten en om de 200 kilometer langs het TEN-T kernnet worden aangelegd.
  • In 2030 moet er walstroom beschikbaar zijn voor grote passagiers­schepen of container­schepen in zeehavens met een minimumaantal scheepsaanlopen.
  • In 2025 moet er elektriciteit beschikbaar zijn voor stilstaande vliegtuigen aan alle gates in luchthavens en aan alle buitenstandplaatsen voor vliegtuigen in 2030.
  • Er moet een eenvoudige betalingswijze beschikbaar zijn, bijvoorbeeld met bankkaart of contactloos pinnen, voor gebruikers van voertuigen op elektriciteit of waterstof aan laad- of tankpunten, zonder dat een abonnement met een leverancier hoeft te worden afgesloten en met volledige prijstransparantie.
  • Er moet gedetailleerde, elektronisch weergegeven informatie zijn over de beschikbaarheid, wachttijden en prijzen in verschillende laad- of tankstations.

Decentrale relevantie

Provincies en gemeenten stellen geregeld grond ter beschikking voor de exploitatie van tankstations en oplaadpunten. Zij verhuren of verpachten daarvoor grond, of geven exploitatierechten in concessie, vaak door middel van een aanbesteding. Verder zijn veel gemeenten of gemeentelijke overheidsbedrijven verantwoordelijk voor het realiseren van walstroompunten in zee- en binnenhavens. Decentrale overheden zullen dus in de nabije toekomst mogelijk rekening moeten houden met de plichten uit de AFIR-verordening, afhankelijk van de lokale situatie.

Bronnen

Infrastructuur voor alternatieve brandstoffen, Europese Raad.

Fit for 55: Raad neemt wetsbesluit aan over CO2-emissies van nieuwe auto’s en bestelwagens, Europese Raad.