Praktijkvraag

Laatste update: 26 september 2023

Door:


Is steunverlening onder voorbehoud van de goedkeuring door de Europese Commissie gebruikelijk?

Antwoord

Ja, decentrale overheden kennen wel eens staatssteun toe aan ondernemingen onder voorbehoud van goedkeuring van de Commissie. De steun wordt bij de Commissie gemeld ná de toekenning, maar is pas definitief (daadwerkelijk verleend) als de Commissie de steun heeft goedgekeurd.

Steun niet verenigbaar met gemeenschappelijke markt

Als de Commissie de steun niet verenigbaar met de gemeenschappelijke markt verklaart, gaat de toekenning gepaard met opschortende of ontbindende voorwaarden. Men gaat ervan uit dat er door dit voorbehoud pas een wettelijke aanspraak op de steun ontstaat na de goedkeuring van Brussel, dus dán pas de echte steuntoekenning plaatsvindt.

Voornemen tot invoering of wijziging

Volgens art. 88 EG, waarin de verplichting tot voorafgaande melding van staatssteun is vastgelegd, moet de Commissie van elk voornemen tot invoering of wijziging van steunmaatregelen tijdig op de hoogte wordeen gebracht, om haar opmerkingen te kunnen maken.

Concreet houdt dit in dat de ontwerpregelgeving of -beschikking door de Commissie moet worden goedgekeurd en dat voor dat moment niet met de uitvoering van de gesteunde activiteit begonnen mag zijn. Dat betekent dat ook geen voorschotten worden uitbetaald of enigszins met de daadwerkelijke steunverlening wordt begonnen voordat de Commissie haar oordeel heeft gegeven.

Wettelijke aanspraak

In staatssteunregelgeving is vastgelegd dat het moment waarop staatssteun geacht wordt te zijn verleend, het tijdstip is waarop de onderneming krachtens de toepasselijke nationale wet- en regelgeving een wettelijk aanspraak op deze steun verwerft.

Als de voorwaarden zo zijn geformuleerd dat de wettelijke aanspraak op steun pas ontstaat nadat de Commissie de steun heeft goedgekeurd, dan lijkt een melding in overeenstemming met artikel 88 lid 3 EG. De melding vindt immers plaats vóór tenuitvoerlegging van de steun.

Voorwaardelijke toekenning

Dat het voorbehoud bij voorwaardelijke toekenning van staatssteun strikt moet worden uitgelegd (geen tenuitvoerlegging voor de goedkeuring), kan worden geconcludeerd uit het beleid van de Commissie. De Commissie heeft in 2005, bij het begin van grootscheepse hervormingen van haar staatssteunbeleid, benadrukt dat zij de economische effecten van staatssteun strenger zal gaan beoordelen.

Eventuele negatieve neveneffecten

Daarbij weegt de Commissie de positieve impact van de steun (het behalen van een doelstelling van gemeenschappelijk belang) af tegen de eventuele negatieve neveneffecten van de betrokken maatregel (verstoring van het handelsverkeer en de mededinging).

Bewijsstukken

De steunverlenende decentrale overheden dienen hiertoe de nodige bewijsstukken over te leggen. Een van de stappen in deze ‘verfijnde economische benadering’ is de vraag of de voorgenomen staatssteun een stimulerend effect heeft. Steun heeft een stimulerend effect als de begunstigde onderneming daardoor in staat wordt gesteld activiteiten of projecten uit te voeren die zij anders – zonder de steun – niet had uitgevoerd.

Stimulerend effect

Het vereiste dat staatssteun een stimulerend effect heeft, is bijvoorbeeld expliciet verwerkt in nieuwe staatssteunregelgeving ten aanzien van onderzoek, ontwikkeling en innovatie, landbouwsteun en ook de ontwerptekst van de nieuwe blokvrijstellingsverordening.

Subsidiabele activiteiten begonnen voor steunverlening

Als de steun is toegekend onder voorbehoud van goedkeuring, maar subsidiabele activiteiten zijn begonnen terwijl de onderneming nog niet zeker is van de subsidie, wordt het zeer lastig om het stimulerende effect van deze subsidie aan te tonen. De begunstigde heeft de steun blijkbaar niet absoluut nodig om met de activiteiten te beginnen.

Meer informatie:

Wat is het moment van verlening van de-minimissteun?, Praktijkvraag
Procedures, Staatssteun