Nieuws

Publicatie: 8 maart 2021

Door: , en


De innovatieve stedelijke projecten binnen het Urban Innovative Actions (UIA) programma hebben een positieve bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van stedelijke gebieden in de Europese Unie. Dat blijkt uit het onlangs gepresenteerde rapport naar de uitkomsten van het UIA. Wel zijn er enkele obstakels geïdentificeerd bij de uitvoering van projecten, waaronder de kans op vertraging en de haalbaarheid van de projecten. De uitkomsten vormen een belangrijke bijdrage aan de ontwikkeling van de opvolger van het UIA, het European Urban initiative.

Urban Innovative Actions

Het Urban Innovative Actions programma is een Europees subsidieprogramma, gefinancierd vanuit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO). Het UIA biedt Europese steden de ruimte en middelen om nieuwe en onconventionele oplossingen te testen voor vraagstukken rondom duurzame stedelijke ontwikkeling. Thema’s die hierbij aan bod komen zijn onder andere de circulaire economie, huisvesting, integratie van migranten en vluchtelingen en klimaatadaptatie. Elke actie kan tot 5 miljoen euro cofinanciering ontvangen, met een maximale uitvoeringstermijn van 3 jaar.

Uitkomsten van de projecten

Het onderzoek naar de resultaten van het UIA programma voorziet de Europese Commissie van informatie over de voortgang van projecten in de periode 2015-2019 en biedt aanknopingspunten voor stedelijke ontwikkeling in de toekomst. Om het succes van de projecten te kunnen evalueren is gekeken naar de onderstaande aspecten:

  • Doeltreffendheid
  • Doelmatigheid
  • Relevantie
  • Coherentie
  • EU-meerwaarde

De UIA-projecten omvatten verschillende innovaties, zoals het ontwikkelen en testen van nieuwe producten en diensten, het testen van nieuwe manieren om burgers te betrekken en het opzetten van nieuwe lokale samenwerkingsverbanden voor een duurzame stedelijke ontwikkeling. In totaal zijn 75 projecten gestart in de periode van 2015-2019, waaronder 7 in Nederland. Voorbeelden van dergelijke projecten zijn de bouw van circulaire woningen in Kerkrade en het bieden van carrièremogelijkheden voor jongeren in de groene en digitale sector in Rotterdam. De resultaten van het rapport laten een overwegend positief beeld zien, alhoewel er ook verbeterpunten bestaan.

Een ruime meerderheid van de projecten lijkt doeltreffend en is in staat de beoogde doelstellingen te behalen. Wel zijn er relatief vaak problemen bij de aanschaf van materiaal en bij infrastructurele projecten. Ook het opschalen en herhalen van beleid blijkt vaak niet van de grond te komen, mede door een gebrek aan investeringen. De projecten hebben daarnaast een hoge mate van doelmatigheid, gezien het succes van de aanvraag- en selectieprocedure. De doelmatigheid van projecten kan mogelijk worden verhoogd door het nader definiëren van innovatie, de rol van de lokale overheid te verduidelijken en prioriteit te geven aan projecten die repliceerbaar zijn.

De relevantie van het Urban Innovative Actions programma is voor het merendeel van de belanghebbenden helder en in lijn met doelstellingen uit verwante programma’s, zoals de Urban Agenda, het Leipzig Charter on Sustainable European cities en het cohesiebeleid. In tegenstelling tot andere programma’s, is het UIA specifiek gericht op stedelijke overheden in de lokale context en vergt geen grensoverschrijdende samenwerking. Ondanks het sterke lokale karakter draagt het UIA bij aan de bredere EU-agenda op het gebied van duurzame stedelijke ontwikkeling en biedt inspiratie voor andere lokale overheden.

European Urban Initiative 2021-2027

Het European Urban Initiative is de opvolger van het UIA  en heeft als prioriteit om een geïntegreerde aanpak van stedelijke verduurzaming te bewerkstelligen. De aanbevelingen uit het UIA-rapport kunnen het nieuwe programma European Urban Initiative verbeteren en versterken. Het European Urban Initiative kan in grote lijnen de reeds bestaande toelatingscriteria behouden, zoals het maximale budget van 5 miljoen euro en de eis dat elke stad een minimum van 50.000 inwoners telt.

Daarnaast kunnen bestaande richtlijnen van het Leipzig Charter worden meegenomen en moet er meer aandacht komen voor duurzaamheid. Uit het UIA-rapport blijkt dat opschaalbaarheid en repliceerbaarheid belangrijke factoren zijn die nadrukkelijker in de selectierondes naar voren moeten komen. In aansluiting hierop zou binnen het selectieproces onderscheid gemaakt kunnen worden tussen de strategische beoordeling enerzijds en de operationele beoordeling anderzijds. Tevens dient het opvolgersprogramma zich meer te richten op de doelstellingen van het cohesiebeleid

Bron

Assessment Study of the Urban Innovative Actions 2014-2020, Europese Commissie

Meer informatie

Praktijkvraag duurzame stedelijke ontwikkeling, Kenniscentrum Europa Decentraal
Explanatory Memo: European Urban Initiative-post 2020, Europese Commissie