Nieuws

Publicatie: 29 maart 2021

Door:


Op 15 maart heeft de Europese Commissie een aanmaningsbrief verstuurd naar het VK wegens het niet nakomen van de afspraken in het Protocol inzake Ierland/Noord-Ierland. Het VK heeft namelijk aangegeven dat het eenzijdig de ‘respijtperiode’ wil verlengen. Dit is een inbreuk op de materiële bepalingen met betrekking tot het verkeer van goederen en gezelschapsdieren die van toepassing zijn op de situatie tussen Ierland en Noord-Ierland.

Protocol inzake Ierland/Noord-Ierland

Het Protocol inzake Ierland/Noord-Ierland is een onderdeel van het terugtrekkingsakkoord dat gesloten is tussen de EU en het VK. In het protocol zijn afspraken gemaakt om het Goede Vrijdagakkoord (akkoord van Belfast) te waarborgen en te voorkomen dat er weer een harde grens ontstaat tussen Ierland en Noord-Ierland. Zo is onder andere afgesproken dat de Europese interne markt voor goederen in stand blijft.

VK: verlengen overgangsperiode

Eind deze maand loopt de afgesproken ‘respijtperiode’ af. Het VK en de EU hebben afgesproken dat in deze overgangsperiode bepaalde procedures en grenscontroles nog niet gelden. Het VK heeft zonder consultatie of overleg besloten om deze overgangsperiode te verlengen. Hiermee verzuimt het VK de nakoming van de materiële bepalingen van het protocol en ook de verplichting van het terugtrekkingsakkoord om te goeder trouw te handelen.

Maroš Šefčovič, medevoorzitter voor de EU in het EU-VK Gemengd Comité, verklaarde: “Het protocol inzake Ierland en Noord-Ierland is het enige middel om het Goede Vrijdagakkoord te beschermen, de vrede en stabiliteit te bewaren, een harde grens op het Ierse eiland te vermijden en de integriteit van de eengemaakte EU-markt te handhaven. De EU en het Verenigd Koninkrijk hebben het protocol samen vastgesteld. We zijn verplicht dat samen uit te voeren. Als het Verenigd Koninkrijk eenzijdige besluiten neemt en het internationaal recht schendt, druist dat in tegen het doel van het protocol en ondermijnt dat het wederzijdse vertrouwen.” 

Toezichts- en handhavingsbevoegdheden EU

In artikel 12, lid 2 van het protocol staat aangegeven dat de EU en het VK elke maand informatie uitwisselen over de toepassing van artikel 5, leden 1 en 2, die zien op het goederenverkeer. Volgens artikel 12, lid 4 van het protocol beschikken de instellingen van de Unie, waaronder de Europese Commissie en het Hof van Justitie van de EU, over de EU-Verdragsrechtelijke toezichts- en handhavingsbevoegdheden met betrekking tot een aantal bepalingen van het protocol, waaronder artikel 5 dat ziet op het goederenverkeer. Op grond van artikel 12, in samenhang met de Verdragsrechtelijke bepaling over de inbreukprocedure (artikel 258 VWEU), is dus de eerste stap in een procedure tegen het VK gezet.

Inbreukprocedure

Met het versturen van de aanmaningsbrief op 15 maart is de eerste stap in de start van een tweede inbreukprocedure tegen het VK in het kader van de Brexit-afspraken gezet. De Europese Commissie begon 1 oktober 2020 ook al een inbreukprocedure tegen het VK omdat het met de voorgenomen Internal Market Bill de verplichtingen uit het terugtrekkingsakkoord niet zou nakomen.

Het VK heeft nu één maand de tijd om te reageren op de aanmaningsbrief van de Commissie. Tevens is in een politieke brief aan David Frost, medevoorzitter voor het VK in het EU-VK Gemengd Comité, opgeroepen om de mededeling met betrekking tot de beoogde verlenging te corrigeren en niet in de praktijk te brengen.

Bron

Terugtrekkingsakkoord: Commissie stuurt het Verenigd Koninkrijk een aanmaningsbrief omdat het zijn verplichtingen op grond van het protocol inzake Ierland en Noord-Ierland niet nakomt, persbericht Europese Commissie

Meer informatie

Brexit-loket, Kenniscentrum Europa Decentraal
Brexit Impact Scan, Kenniscentrum Europa Decentraal