Op 20 en 21 februari vond er een extra Europese Raad van regeringsleiders plaats om te onderhandelen over de toekomstige EU-meerjarenbegroting, het Meerjarig Financieel Kader (MFK).
De onderhandelingen bevinden zich momenteel in een beslissende fase. Voorafgaand aan deze extra Europese Raad werd al rekening gehouden met het mislukken van deze bijeenkomst. Het lijkt een traditie dat er voor het bereiken van een akkoord over het MFK meer dan één vergadermarathon nodig is. Zo ging dat voorgaande keren ook.
Tijdens talrijke onderhandelsessies tussen groepen van lidstaten bleken de posities nog te ver uiteen te liggen. Zo willen de ‘Frugal Four’ (Nederland, Denemarken, Oostenrijk en Zweden) een lagere EU-begroting en een korting op hun bijdrage daaraan. Daartegenover staat een groep van zo’n 17 lidstaten, de ‘Friends of Coheshion’ die voor een ‘ambitieuze’ EU-begroting pleiten en geen bezuinigingen op het cohesiebeleid willen. Er zijn nog veel meer discussiepunten en de lastigheid is dat bij deze complexe onderhandelingen alles met alles samenhangt. Er is pas een einddeal als alle lidstaten unaniem akkoord gaan.
Aangezien de Europese Raad van regeringsleiders op 21 februari niet tot een compromis is gekomen over het MFK zal de voorzitter van de Europese Raad, Charles Michel, met een nieuw voorstel moeten komen voor de volgende top in maart.
Rol Europees Parlement
Na het bereiken van overeenstemming over het MFK in de Europese Raad is het Europees Parlement (EP) aan zet. Formeel gezien kan het EP de deal die de 27 lidstaten hebben gesloten alleen goedkeuren of verwerpen. De realiteit is echter anders; het EP zal de gelegenheid gebruiken om te benadrukken dat het alleen instemt als aan hun wensen tegemoetgekomen wordt. Het EP vraagt de Europese Raad al geruime tijd om meer betrokkenheid bij de onderhandelingen en zal naar verwachting niet zomaar akkoord gaan. In een brief aan President Charles Michel zeggen leiders van vier grote fracties in het EP dat zij alleen in zullen stemmen met een deal die rekening houdt met hun wensen en dat ze geen onwenselijke overeenkomst zullen accepteren vanwege tijdsdruk.
Het EP stelt voor zo’n 215 miljard bij het Commissievoorstel op te tellen en komt daarmee uit op 1.3% van het EU BNI. Dit extra geld wordt ingezet om de budgetten van afzonderlijke programma’s op te hogen en daarmee voorgestelde besparingen ongedaan te maken
Gevolgen voor Nederland
Zodra de 27 lidstaten een deal hebben gesloten komt er, nog wel in afwachting van de reactie van het EP, meer duidelijkheid over de gevolgen voor Nederland. Dat geldt voor de afdrachten van Nederland aan de EU, waar de meeste aandacht van het kabinet naar uitgaat. Daarnaast moet duidelijk worden wat de gevolgen zijn voor de hoogte van de EU-fondsen. Van deze fondsen kunnen Nederlandse decentrale overheden en partners gebruik maken om te investeren in zaken als regionale ontwikkeling, klimaat, energietransitie, agrofood, innovatie en slimme mobiliteit.
Achtergrond
Op 2 mei 2018 presenteerde de Commissie haar voorstellen voor het (MFK) 2021-2027 en vlak daarna de voorstellen voor de afzonderlijke programma’s. De Commissie stelde voor het totale kader vast te stellen op ruim 1.2 biljoen euro voor 7 jaar, voor 27 lidstaten, wat overeen komt met 1.08% EU BNI in betalingen en 1.11% in vastleggingen.
De provincies hebben de afgelopen weken hun standpunt over het MFK opnieuw in de Nederlandse publiciteit gebracht:
https://www.bnr.nl/nieuws/internationaal/10403029/eu-ramkoers-rutte-is-provincies-doorn-in-het-oog
https://www.nrc.nl/nieuws/2020/02/19/rutte-vergeet-op-eu-top-de-provincies-niet-a3990966