Nieuws

Publicatie: 30 januari 2023

Door:


De provincies Gelderland en Overijssel werken veel samen, zo ook op het gebied van Europese fondsen. Wij spraken met Reinier Zweers, programmamanager Europese samenwerking bij de provincie Gelderland, en Marcia Brouwer-Ilbrink, coördinator expertisecentrum Europa bij de provincie Overijssel, over hun samenwerking en de Europese projecten waar zij bij betrokken waren. Hoe gaan zij te werk en waar zijn ze het meest trots op?

De twee provincies werken samen als het gaat om fondsen en subsidies. Hoe is dat zo gekomen?

Marcia: Wij werken al jaren samen. Niet alleen wij, maar ook onze collega’s bij de provincie hebben samenwerkingspartners gevonden in Gelderland. Onder andere in Th!nk East Netherlands werken Overijsselse en Gelderse partners samen aan het benutten van Europese kansen, door gezamenlijke positionering en projectontwikkeling. Ook in het Europese netwerk Vanguard Initiative, dat industriële innovatie stimuleert, werken we samen. Een groter schaalniveau presenteert namelijk beter in Brussel.

Marcia Brouwer-Ilbrink en Reinier Zweers

Reinier vult aan: ‘Er zijn ook verbanden op het gebied van Europese fondsen. Met EFRO zitten we samen in een managementautoriteit en ook in Interreg programma’s komen we elkaar tegen. De Europese fondsen zijn daarnaast ook een gedeelde interesse. We hebben samen een inventarisatie gedaan van Europese fondsen en subsidies. Dat is zo inzichtelijk geworden dat het ons weer een nieuwe ‘drive’ geeft. We kunnen elkaar snel vinden en we vullen elkaar aan in kennis. Het helpt dat we allebei worden gesteund in de organisatie om hier meer van te maken.’

“Voor het oplossen van vraagstukken in Gelderland en Overijssel heb je buitenlandse partners nodig”

Wat zijn de prioriteiten voor de regio als het gaat om Europese fondsen en subsidies?

Reinier antwoordt: ‘In algemene zin voeren we het coalitieakkoord uit. Een deel daarvan heeft echt een internationale, en in ons geval ook een grensoverschrijdende factor. Wij zeggen vaak: voor het oplossen van vraagstukken in Gelderland en Overijssel heb je buitenlandse partners nodig. De grensoverschrijdende samenwerking gaat dan ook ver: die gaat over water, natuur, droogte en ecologie, maar ook over mobiliteit en bereikbaarheid. Ook hebben we te maken met een deels grensoverschrijdende arbeidsmarkt. Binnen de economie is innovatie een prioriteit. Daar zijn veel financieringsmogelijkheden voor, dus daar profileren we ons extra op. Het onderwerp economie is ook breed, daar zit digitalisering van industrie in, smart energy, slimme duurzame voedselproductie en natuurlijk circulaire economie. Naast deze dingen zijn we ook nog bezig met de zorg.’

Dat is een breed pakket aan prioriteiten, hoe pakken jullie dat aan?

Marcia: ‘ Wij hebben allebei ons coalitieakkoord vertaald in een Europa agenda en een gezamenlijke Duitslandstrategie. Hiervoor is gekeken welke opgaven een Europese component hebben en aan welke opgaven de provincie voor een langere periode prioriteit wil geven. De actualiteit in de regio en de EU bepalen de prioriteit op de kortere termijn. Dat geven we dan voorrang. Bij Th!nk East Netherlands heb je een gezamenlijke agenda die je oppakt.’ Reinier vult aan: ‘Het is wel breed, maar mijn ervaring is dat je van het totale pakket maar een klein deel internationaal doet.’ Marcia gaat verder: ‘Wij nemen ook niet de inhoud over, maar we faciliteren de inhoudelijke collega’s met hoe het werkt en waar ze moeten zijn. Dat is het onderscheid, daardoor kun je meer behappen.’

“Europa is echt aan het werk in je regio. Dat doe je samen met andere regio’s”

We begrijpen dat jullie een uitgebreide analyse maken van de externe geldstromen, bijvoorbeeld van de EU, in jullie regio en hoe die worden besteed. Hoe gaat dat in zijn werk?

Marcia: ‘Een extern bureau houdt jaarlijks de data bij en daar krijgen we een rapport van. Ook hebben we openbare data die we gebruiken. Deze twee dingen bundelen we tot een database die we online beschikbaar maken waarin je op verschillende criteria kan filteren. Zo kan je kijken hoeveel euro’s waar naartoe gaan: naar welke Oost-Nederlandse partijen, regio’s en in samenwerking met welke Europese regio’s.’ Reinier vult aan: ‘Een paar jaar geleden was dit echt een eye opener. Niet alleen hoeveel geld er beschikbaar was in Oost- Nederland, maar ook dat we met zoveel verschillende Europese regio’s, denk aan Spanje en Italië, veel samenwerken. Het is veel diverser dan we eerst dachten. In plaats van dat je alleen denkt aan financiering bij Europa, laat het dashboard zien dat Europa echt aan het werk is in je regio en dat je dat samen met andere regio’s doet. We proberen te kijken hoe je op basis van deze gegevens slimmer kan samenwerken met bepaalde regio’s. Hoe dat moet dat is nog een beetje ontdekken.’

Op welke Europese projecten waar jullie bij betrokken zijn, zijn jullie het meest trots?

Marcia begint: ‘We kunnen er veel opnoemen maar de meest recente was het I3 Fonds, (Interregional Innovation Investments instrument). Daar zijn we veel mee bezig geweest. Zo waren we betrokken bij vier projecten. De vier projecten gingen over circulair textiel, digitalisering, gezondheid, en waterstof en batterijen. Doordat die projecten nieuw waren moesten we veel verkennen. Het Vanguard Initiative heeft daar ook een rol in gespeeld aan de voorkant.’ Reinier vult aan: ‘Ik vond het mooi dat het een mix was van wat er gebeurt in Europa en hier in Oost-Nederland.’ Alle vier de I3-projecten zijn binnengehaald.

Hoe zorgen jullie ervoor dat jullie succesvol zijn bij het gebruik van Europese fondsen en subsidies?

Reinier begint: ‘Het succes is als je mensen in je regio hebt die de context begrijpen en weten wat het betekent om in een fonds projectaanvragen te doen. Daarnaast moeten de mensen die er een rol in spelen elkaar makkelijk kunnen vinden. Dat is heel belangrijk.’ Marcia vult aan: ‘Als provincie heb je ook een faciliterende rol hierin. Een keer een sessie organiseren, soms je partners meenemen en informeren over wat er komen gaat. Het is belangrijk om actieve bestuurders te hebben en aan netwerken deel te nemen. Dat vraagt om investering, maar het loont wel.’

Van welke Europese fondsen en subsidies maken jullie het meest gebruik?

Marcia begint: ‘We zijn heel actief in de regionale fondsen, omdat we die als provincie(s) zelf mede beheren. Denk hierbij aan Interreg, POP en EFRO. Interreg is heel breed, daarbij zijn we in vier programma’s actief.’ Reinier vult aan: ‘Wij zijn als provincie ook heel actief in CEF, omdat dat als grensgebied erg nuttig is. Ook pushen we op I3, aangezien dat een nieuw fonds is. Aan de andere kant is het een instrument dat uit EFRO komt, een fonds waar we al ervaring mee hebben. Dat is heel gunstig voor in de toekomst. Horizon Europe is er altijd al geweest, maar daar proberen we ook meer op in te zetten. We proberen dat in te zetten voor het MKB, door de impact voor hen te vergroten.’

Hoe is het onderwerp fondsen en subsidies belegd binnen de provincies en hoe werken jullie samen met inhoudelijke teams en collega’s binnen de organisatie zodat zij op de hoogte zijn?

Marcia antwoordt: ‘Dat is de taak voor ons als expertisecentrum Europa om dat voor de andere collega’s behapbaar te maken. Het is voornamelijk gekoppeld aan hun eigen thema. We faciliteren en geven hen de informatie die voor hen relevant is. Europa zit al wel meer in het hoofd bij de andere collega’s, er is iets meer bewustwording onder de collega’s. In het begin was het voor velen nog te ver van hun eigen onderwerp. Wanneer we uitleggen hoe het werkt en ze de nodige informatie geven, komen ze later naar ons terug met de boodschap dat het toch niet zo ver weg is als gedacht. Het maakt me blij dat dat besef er dan wel is.’

“Meedoen aan Europese fondsen en subsidies gaat niet alleen over financiering”

Hoe werken jullie samen met overheden (zoals gemeenten en waterschappen) en andere organisaties? Trekken jullie ook de kleinere overheden mee?

Marcia begint: ‘Dat doen we via kennisaanbod. Zo organiseren we themasessies waarin we ook kennisinstellingen en overheden uit de provincie meenemen. Je doet met zo’n netwerk kennis op, maar je krijgt dan ook te weten wie waar mee bezig is. Daarnaast hebben we ook veel individuele contacten, ook daar is het ook belangrijk om te weten wie waar mee bezig is zodat je ook snel kan schakelen.’ Reinier vult aan: ‘Mijn ervaring met de waterschappen en gemeenten is dat het wederkerig is, je kunt vaak ook weer leren wat voor kennis daar zit.’

Hebben jullie nog tips voor andere overheden?

Reinier begint: ‘Wat ik wil meegeven is dat meedoen aan Europese fondsen en subsidies niet alleen financiering betekent. Het biedt namelijk veel mogelijkheden om samen te werken met gelijken uit andere landen.’ Marcia vult aan: ‘Ik zeg ook vaak tegen mijn collega’s; kijk eens over de grens. Misschien hadden ze ergens anders hetzelfde probleem en hebben ze dat al opgelost. Verder wil ik meegeven dat je niet meteen de leiding hoeft te nemen ineen project. Begin klein als partner, om het eens mee te maken.’