Onze gemeente wil graag de aanschaf van milieuvriendelijke bedrijfsvoertuigen door ondernemingen stimuleren door middel van een subsidieregeling. Welke mogelijkheden bieden de Europese staatssteunregels om deze subsidie staatssteunproof te verlenen?
Antwoord in het kort
Een subsidie voor de aanschaf van milieuvriendelijke bedrijfsvoertuigen door ondernemingen, kan mogelijk staatssteunproof worden verleend op basis van de de-minimisverordening of de Algemene groepsvrijstellingsverordening.
Staatssteun, en dan?
Als de gemeente tot de conclusie komt dat de subsidieregeling aan alle staatssteuncriteria voldoet, is er sprake van staatssteun in de zin van artikel 107 lid 1 VWEU. De basisregel is dat een steunmaatregel dan door de gemeente gemeld moet worden bij de Europese Commissie, tenzij een van de vrijstellingsverordeningen van de Europese Commissie van toepassing is. In dat geval hoeft de steunmaatregel niet gemeld te worden, maar gelden wel nadere verplichtingen over de uitvoering, transparantie en verslaglegging van de steun. De gemeente kan in het onderhavige geval onderzoeken of zij gebruik kan maken van de reguliere de-minimisverordening of de Algemene Groepsvrijstellingsverordening.
De de-minimisverordening
Afhankelijk van de hoogte van de subsidies, kan de gemeente gebruik maken van de de-minimisverordening. Op grond van de reguliere groepsvrijstellingsverordening kunnen ondernemingen over een periode van drie belastingjaren tot € 200.000 aan steun ontvangen, zonder dat dit wordt aangemerkt als staatssteun in de zin van artikel 107 lid 1 VWEU. Aan de hand van een door een onderneming ingevulde de-minimisverklaring dient de gemeente te beoordelen hoeveel de-minimisruimte deze onderneming nog heeft. De gemeente moet bij verlening van de-minimissteun rekening houden met alle voorwaarden die in de verordening worden genoemd.
De Algemene Groepsvrijstellingsverordening
De gemeente kan tevens onderzoeken of de subsidieregeling onder de Algemene Groepsvrijstellingsverordening (AGVV) valt. Deze verordening bepaald dat steunmaatregelen die bijdragen aan bepaalde beleidsdoeleinden (bijvoorbeeld milieubescherming en onderzoek, ontwikkeling en innovatie) niet gemeld hoeven te worden volgens de officiële meldingsprocedure. In dat geval volstaat een lichtere kennisgevingsprocedure.
Om gebruik te kunnen maken van de AGVV dient de gemeente te voldoen aan de algemene voorwaarden uit de artikelen 1 tot en met 12 van deze verordening. Daarnaast moet de subsidie voldoen aan de specifieke voorwaarden van een of meerdere steuncategorieën, zoals de maximale steunintensiteit en de kosten die in aanmerking mogen komen voor steun. De gemeente kan beoordelen of een van de steuncategorieën bij de situatie aansluit.
Artikel 36 AGVV
Subsidies voor milieuvriendelijke bedrijfsvoertuigen kunnen op basis van de steuncategorie in artikel 36 AGVV staatssteunproof worden verleend. Op basis van dit artikel kan investeringssteun worden verleend om ondernemingen in staat te stellen verder te gaan dan de Unienormen inzake milieubescherming, ongeacht of er nationale normen bestaan die strenger zijn. Als Unienormen ontbreken, kan artikel 36 AGVV ook worden gebruikt om investeringssteun te verlenen aan ondernemingen om het niveau van milieubescherming te verhogen. Er mag in beginsel geen steun worden verleend wanneer de investeringen worden uitgevoerd om ervoor te zorgen dat ondernemingen voldoen aan reeds vastgestelde en nog niet in werking getreden Unienormen. Lid 4 van artikel 36 AGVV omschrijft twee uitzonderingen hierop met betrekking tot de aanschaf van nieuwe voertuigen of het aanpassen van bestaande voertuigen over de weg.
Voorbeeld Unienormen
Voorbeelden van Unienormen zijn terug te vinden op het gebied van emissiereducties. Voor de emissiereducties van lichte bedrijfsvoertuigen geldt bijvoorbeeld Verordening 2019/631. Hierin wordt een CO2-emmissiedrempel voor nieuwe lichte bedrijfsvoertuigen vastgesteld.
De investeringssteun die verleend wordt op basis van artikel 36 AGVV, mag niet meer dan 15 miljoen euro per onderneming per investeringsproject bedragen. Slechts de bijkomende investeringskosten mogen in aanmerking komen voor steun. Dit zijn de kosten die nodig zijn om verder te gaan dan de Unienormen of het niveau van milieubescherming te verhogen indien Unienormen ontbreken. De steunintensiteit van de subsidieregeling mag maximaal 40 procent van de in aanmerking komende kosten bedragen. Lid 7 en 8 van artikel 36 AGVV bieden de mogelijkheid om de steunintensiteit te verhogen indien de steun wordt verstrekt aan een KMO of de investering in een steungebied wordt verleend.
Voorbeeld Provincie Gelderland
De Provincie Gelderland heeft een kennisgeving gedaan op basis van artikel 36 AGVV voor een subsidieregeling om de aanschaf van milieuvriendelijke bedrijfsvoertuigen te stimuleren. Deze kennisgeving kunt u terugvinden in het State Aid Register van de Europese Commissie onder SA.56350.
Kennisgevingsprocedure
Mocht uw gemeente tot de conclusie komen dat u een kennisgevingsprocedure wilt opstarten dan kunt u contact opnemen met het Coördinatiepunt Staatssteun van Kenniscentrum Europa decentraal via cps@europadecentraal.nl. In opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ondersteunt het Kenniscentrum gemeenten en provincies bij het doorlopen van een kennisgevingsprocedure.
Meer informatie
Milieusteun, Kenniscentrum Europa Decentraal
Handreiking AGVV, Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Handreiking staatssteun, Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties