Op maandag 11 november jl. vond het Wetgevingsoverleg Water (WGO) plaats. Hier stond onder meer de Kaderrichtlijn Water op de agenda. In 2020 moet de laatste planperiode, die zal lopen van 2021 tot 2027, worden vastgesteld. Aan het eind van deze periode moeten alle doelen in beginsel gehaald zijn, al is niet zeker of dat haalbaar is.
Kaderrichtlijn water
De Kaderrichtlijn Water 2000/60/EG trad in 2000 in werking en stelt bepaalde eisen aan Europese grond- en oppervlaktewater. Deze wet is in Nederland uitgewerkt in de Waterwet. De richtlijn bevat in dat kader concrete doelen maar ook procedurele voorschriften voor waterbeheer in het algemeen. De Nederlandse uitwerking wordt uitgevoerd door het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat in overleg met de provincies, waterschappen, gemeenten en waterwinbedrijven. De doelstellingen in richtlijn zijn in Nederland uitgewerkt in de Handreiking [Kaderrichtlijn Water]-doelen. In de praktijk zijn er drie soorten doelstellingen te onderscheiden:
- chemische doelstellingen, waarin wordt bepaald wat de maximale waarden van verschillende chemische stoffen in grond- en oppervlaktewater mogen zijn;
- ecologische doelstellingen, waarmee het ecologisch functioneren van watersystemen wordt gewaarborgd; en
- drinkwater doelstellingen, voornamelijk de zogeheten ‘goede toestand’ van het water waardoor de inspanningen ter waterzuivering moeten worden geminimaliseerd.
Omdat vervuiling in een bovenstrooms land problematisch kan zijn voor een benedenstrooms land zoals Nederland, is samenwerking tussen landen per stroomgebied (bijvoorbeeld het stroomgebied van de Rijn) verplicht door de richtlijn.
KWR-rapport
De deadline om de doelen van de richtlijn te halen is gesteld op 2027. Met de huidige koers worden de doelen van de richtlijn echter niet gehaald, zo blijkt uit het recente KWR-rapport ‘de kwaliteit van bronnen van drinkwater in Nederland’. Problemen als bodemverzilting, bodemverontreinigingen door bijvoorbeeld medicijnresten en nieuwe bedreigingen zoals microplastics zetten de kwaliteit van het drinkwater onder grote druk, concludeert het rapport. Zo is het filteren van medicijnresten uit water om het drinkbaar te maken een intensief werk.
Wetgevingsoverleg
Tijdens het WGO hebben meerdere Kamerleden hun zorgen uitgesproken over het halen van de doelen van de richtlijn. Zelf gaf minister van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) Van Nieuwenhuizen-Wijbenga aan een ‘hard hoofd’ te hebben in het tijdig halen van de doelen van de richtlijn. Desondanks komen er geen extra middelen ten behoeve van waterkwaliteit. Alle financiële middelen die IenW voor het halen van de doelstellingen tot zijn beschikking heeft zijn reeds belegd – onder andere ten goede van waterveiligheid en kustverdediging, aldus de minister.
Commissie bezoekt waterschap Rijn en IJssel
In het kader van de evaluatie van zowel de Kaderrichtlijn Water als de Richtlijn Stedelijk Afvalwater heeft de Europese Commissie waterschap Rijn en IJssel bezocht. De Commissie bezocht onder andere de het pilotproject om medicijnresten in bodemwater te voorkomen door voorzuivering ‘aan de bron’ bij het ziekenhuis in Winterswijk. De in maart door de Commissie gepubliceerde strategische aanpak voor medicijnresten in het milieu is geïnspireerd door de Nederlandse aanpak. Een voorbeeld hiervan is het pilotproject in Winterswijk.
Bron
Richtlijn 2000/60/EG tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende waterbeleid
De Kwaliteit van Bronnen van Drinkwater in Nederland, rapport van KWR en de Vereniging van Waterbedrijven in Nederland
Meer informatie:
Water, Kenniscentrum Europa Decentraal