Het verbeteren van de digitale vaardigheden van Europese burgers is één van de speerpunten uit het strategisch beleidsplan Digital Decade. Hierbij is het ook van belang dat kinderen de veelheid aan informatie waaraan zij online worden blootgesteld leren begrijpen en er hun weg in kunnen vinden. Dat vraagt anno 2022, waar veel kinderen van jongs af aan al een smartphone gebruiken, om duidelijkheid en bescherming. Daarom heeft de Europese Commissie op 11 mei een nieuwe strategie voorgesteld die is gericht op een beter internet voor kinderen.
Wat staat er in de strategie?
De strategie wordt op basis van een visie van drie pijlers uiteengezet:
- Het bevorderen van veilige digitale ervaringen: om ervoor te zorgen dat het ook online voor kinderen veilig is, stelt de Commissie voor om een Europese norm voor het controleren van leeftijden online in te voeren. Daarnaast stelt het een EU-code voor ontwerpen die leeftijdsgeschikt zijn. De Commissie onderzoekt ook andere mogelijkheden om het online veilig te maken voor kinderen. Zo wil het tegen 2023 één geharmoniseerd nummer om slachtoffers van cyberpesten hulp te kunnen bieden.
- Het bevorderen van digitale empowerment: kinderen moeten online mondiger worden en geïnformeerde keuzes kunnen maken. De Commissie wil dit bereiken door campagnes voor mediageletterdheid te organiseren. Deze campagnes zijn niet alleen gericht op kinderen; ook ouders en leerkrachten worden hierbij betrokken. Via het portaal betterinternetforkids.eu worden bijvoorbeeld lesmodules voor leerkrachten aangeboden.
- Het bevorderen van actieve participatie: kinderen met wat meer online-ervaring informeren andere kinderen over onlinemogelijkheden- en risico’s. Het doel hiervan is kinderen online meer inspraak te geven om zo innovatieve en creatieve online-ervaringen te bevorderen.
De Commissie bereikt bovengenoemde visie vooral door het co-financieren van het netwerk van centra voor veiliger internet. Het netwerk van centra en het portaal betterinternetforkids.eu vormen namelijk de ruggengraat van de uitvoering van de strategie. Maar wat doet het netwerk van centra nu precies? Zij organiseren acties rond mediageletterdheid, helpen de digitale kloof te dichten en werken aan de bewustwording van risico’s online. Dit doen zij op nationaal of lokaal niveau.
Rol decentrale overheden
Decentrale overheden werken mee om de doelstellingen uit het plan voor de Digital Decade te realiseren. Dat houdt onder meer in dat ze bepaalde overheidsdiensten online beschikbaar moeten stellen en dat ze inzetten op de digitale vaardigheden van hun burgers. Het digitaal burgerschap strekt zich ook uit tot kinderen: elk kind in Europa moet zich kunnen ontwikkelen in een veilige digitale omgeving en zijn of haar digitale rechten ten volle kunnen gebruiken. Daarom werkt de EU continu aan regels om dit te bereiken. Decentrale overheden hebben vervolgens de taak om actief te participeren bij het uitvoeren van deze regels en bepaalde maatregelen te nemen.
Naleving van de strategie
De strategie is niet juridisch bindend, maar de lidstaten worden uitgenodigd om betrokken te zijn. Zij worden vervolgens gemonitord via het BIK map instrument waarin informatie over de uitvoering van de strategie voor een beter internet voor kinderen in de lidstaten wordt verzameld, vergeleken en uitgewisseld. De strategie zal om de twee jaar geëvalueerd worden.
Bron
Europese strategie voor een beter internet voor kinderen, Europese Commissie
Meer informatie
Digitale Overheid, Kenniscentrum Europa Decentraal
Digital Decade, Kenniscentrum Europa Decentraal
Digitale transformatie: EU boekt vooruitgang maar investeringen zijn nodig, Kenniscentrum Europa Decentraal
Verklaring over Europese digitale rechten en beginselen voorgesteld, Kenniscentrum Europa Decentraal