Als onderdeel van de doelstelling van de Europese Green Deal om in 2050 klimaatneutraal te zijn, introduceert de Europese Unie een certificeringskader voor koolstofverwijderingen. De Raad van de Europese Unie en het Europees Parlement hebben een voorlopig akkoord bereikt over een verordening met dit doel. Het certificeringskader heeft betrekking op permanente koolstofverwijdering, koolstofopslag in producten en koolstoflandbouw. Dit vrijwillige kader vergemakkelijkt en versnelt het certificeringsproces van hoogwaardige koolstofverwijderings- en bodememmissiereductieactiviteiten.
Het akkoord
Toepassing
In vergelijking met het voorstel van de Europese Commissie heeft de verordening een bredere toepassing. Het kader betrekt ook bodememissiereducties. In het certificeringskader is de verordening gericht op vier typen activiteiten:
- permanente koolstofverwijdering, waarbij koolstofdioxide direct uit de lucht wordt opgevangen en voor langere tijd wordt opgeborgen in opslagfaciliteiten;
- tijdelijke koolstofopslag in duurzame producten, zoals houten bouwartikelen;
- tijdelijke koolstofopslag door koolstoflandbouw, zoals het herstel van bossen en bodem;
- en bodememmissiereductie (als gevolg van koolstoflandbouw), bijvoorbeeld het verminderen van het gebruik van kunstmest in combinatie met bodembeheerpraktijken.
Certificeringscriteria en -procedure
Voor certificering moeten de activiteiten aan vier criteria voldoen: kwantificering, duurzaamheid, langetermijnopslag en additionaliteit Respectievelijk is het hierbij belangrijk dat de koolstofverwijdering meetbaar is, bijdraagt aan de klimaatdoelen, voor langere duur is en toegevoegde waarde heeft ten opzichte van bestaande praktijken. Deze criteria dienen als basis voor de ontwikkeling van verschillende certificeringsmethoden.
Decentrale relevantie
De certificeringsmechanismen kunnen decentrale overheden helpen, bijvoorbeeld bij:
- het kiezen van het beste koolstofverwijderingsproject om subsidie aan te verstrekken;
- het vergelijken van verwijderingsmechanismen tijdens een aanbestedingsprocedure;
- en het verantwoorden van eigen inspanningen op het gebied van koolstofopname.
Vervolgstappen
Nu het voorlopige akkoord er ligt, moeten de Raad en het Parlement het nog goedkeuren. Bij akkoord volgt de bekendmaking in het Publicatieblad van de EU, waarna de verordening in werking treedt.
Achtergrond
De verordening werd in 2022 door de Europese Commissie voorgesteld en bouwt voort op bestaande wetgeving op het gebied van klimaatverandering. Ten eerste wordt voortgebouwd op de Richtlijn betreffende de geologische opslag van kooldioxide, oftewel de CCS-richtlijn. Deze richtlijn zorgt ervoor dat opslag van koolstofdioxide veilig gebeurt en draagt bij aan de vermindering van de uitstoot van koolstofdioxide. Ten tweede bouwt het kader voort op de Verordening landgebruik, verandering in landgebruik en bosbouw (LULUCF). Deze verordening stelt dat het aantal emissies het aantal verwijderingen niet mag overstijgen. Zowel de CCS-richtlijn als de LULUCF-verordening maken deel uit van het ‘Fit for 55’-pakket dat ervoor moet zorgen dat de uitstoot van broeikasgassen in 2030 met 55% is gedaald ten opzichte van 1990.
Bron
Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een certficeringskader van de Unie voor koolstofverwijderingen, Europese Commissie
Raad en Parlement akkoord over EU-certificeringskader voor koolstofverwijderingen, Raad van de Europese Unie.
Meer informatie
Koolstofverwijdering: extra maatregelen om klimaatneutraliteit te bereiken, Europees Parlement
CO2-reductie & Emissiehandelssysteem, Kenniscentrum Europa Decentraal