Europees recht en beleid

Laatste update: 11 september 2023

Contact:


Wanneer staatssteun onrechtmatig wordt verleend, kan de Commissie een procedure voor onrechtmatige steun starten, de zogenaamde non-notificéprocedure. Het is een complexe en langdurige procedure, die is neergelegd in hoofdstuk III van de Procedureverordening 2015/1589. Hieronder worden de belangrijkste punten verder uitgelegd.

Onrechtmatige steun

In de volgende gevallen kan er sprake zijn van onrechtmatige steun:

  • de steun is niet gemeld, maar is wel verleend;
  • de steun is wel gemeld, maar is verleend voordat de Commissie een besluit heeft genomen;
  • de steun is verleend in strijd met een negatief besluit of in strijd met de voorwaarden in een goedgekeurd besluit. Een voorbeeld hiervan is steun die onder een vrijstelling is kennisgegeven en waarschijnlijk niet voldoet niet aan de voorwaarden daarvan.

Start non-notificéprocedure

Wanneer de Commissie, uit welke bron ook, wordt geïnformeerd over vermeende onrechtmatige steun, zal zij die onderzoeken volgens de procedure betreffend onrechtmatige steun. Hierbij gaat het voornamelijk om klachtzaken of ex officio-onderzoeken waarbij blijkt dat er naar het eerste oordeel van de Commissie staatssteun verleend is.

Langdurige procedure

De Commissie onderzoekt de onrechtmatige steun op dezelfde wijze als een melding (notificatie). Het is mogelijk dat de steun alsnog verenigbaar wordt verklaard, of dat er geen sprake blijkt te zijn van staatssteun. Het belangrijkste verschil met een meldingsprocedure is het ontbreken van termijnen (artikel 15, lid 2 Procedureverordening 2015/1589). De non-notificéprocedure duurt daarom vaak lang. De Commissie neemt de tijd voor nader onderzoek, waarbij ‘een redelijke termijn’ wordt aangehouden. Als dat niet lukt, moet de Commissie de formele onderzoeksprocedure openen. Dat laatste geldt ook als de lidstaat na herhaalde verzoeken onvoldoende informatie verschaft.

Specifieke dwangmiddelen

De non-notificéprocedure kan ertoe leiden dat de steunmaatregel wordt opgeschort in afwachting van een goedkeuringsbesluit (artikel 13 lid 1 Procedureverordening 2015/1589). De Commissie vaardigt dan een opschortingsbevel uit.

Als er een risico is voor een grote verstoring van de mededinging, kan de Commissie een terugvorderingsbevel geven (artikel 13 lid 2 Procedureverordening). Onrechtmatige steun wordt dan teruggevorderd totdat er een goedkeuringsbesluit is gegeven.

In de Nederlandse praktijk komen opschorting en terugvordering zelden voor. De Commissie maakt vaker gebruik van haar recht om de lidstaat te verplichten binnen een maand gedetailleerde informatie te verschaffen, als de lidstaat niet of onvoldoende reageert op het initiële informatieverzoek (artikel 12 Procedureverordening).